Kinderopvang in Arnhem Noord: Informatie en Kwaliteitsborging voor Ouders en Zorgverleners
juli 17, 2025
In de kinderopvang is de hygiëne en de arbo (arbeidsomstandigheden en veiligheid) een essentieel onderdeel van het dagelijks werk. Zowel voor de gezondheid van de kinderen als voor de veiligheid van de medewerkers zijn duidelijke richtlijnen en praktische maatregelen van belang. In dit artikel worden de relevante hygiënenormen en arbobeleidsdoelen behandeld, met aandacht voor zowel de opvang van kinderen als de werkomstandigheden voor medewerkers.
In de kinderopvang komen kinderen regelmatig in contact met andere kinderen, medewerkers en materialen. Dit biedt veel leer- en ontwikkelingsmogelijkheden, maar ook een groter risico op de verspreiding van ziekteverwekkers. Hygiëne is daarom een kernaspect van het werk in de kinderopvang. De Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft hierover duidelijke richtlijnen opgesteld.
Een belangrijke norm is dat medewerkers en kinderen geen sieraden moeten dragen tijdens risicohandelingen. Risicohandelingen zijn activiteiten waarbij er een groter risico is op het opnemen van lichaamsvloeistoffen zoals ontlasting, urine of bloed. Voorbeelden van dergelijke handelingen zijn het bereiden en geven van voedsel, het verschonen van luiers, het helpen van kinderen bij toiletbezoeken en het verzorgen van bloedende wonden. Sieraden zoals armbanden, horloges of ringen kunnen ziekteverwekkers vasthouden en dus het verspreiden van ziektes bevorderen.
Daarnaast is de handhygiëne van groot belang. Medewerkers moeten regelmatig hun handen wassen, vooral na contact met kinderen, vóór het bereiden van voedsel en na het verschonen van luiers. Dit helpt om ziektes te voorkomen en zowel de kinderen als de medewerkers te beschermen.
Het verschonen van luiers is een van de meest hygiënisch gevoelige activiteiten in de kinderopvang. Er gelden daarom strikte normen voor het verschonen van luiers, inclusief de inrichting en het onderhoud van de verschoonplaats. Bij het verschonen van wasbare luiers is het belangrijk om afspraken te maken met ouders of verzorgers. Deze afspraken kunnen bijvoorbeeld gaan over de bewaarplek van vuile luiers of de eisen aan het wassen van de luiers. De afspraken hangen af van of de luiers door de opvang worden verscheurd of door de ouders meegegeven en opnieuw meegenomen worden.
Bij het helpen van kinderen bij toiletbezoeken gelden ook hygiënenormen. Bijvoorbeeld: vuile handen kunnen ziekteverwekkers verspreiden over oppervlakken zoals de spoelknop, kraan, deurkruk of handdoekhouder. Medewerkers moeten hierom zorgvuldig zijn en handen wassen na het helpen van een kind met het toiletbezoek.
Sommige kinderopvangorganisaties kiezen ervoor om tijdens het verblijf de tanden van de kinderen te poetsen. Hierbij gelden hygiënenormen om de verspreiding van ziekteverwekkers via tandenborstels te voorkomen. De tandenborstels mogen bijvoorbeeld niet gedeeld worden en moeten na gebruik goed schoongemaakt worden.
Het juist afval verwerken is ook een belangrijk aspect van de hygiëne in de kinderopvang. Hierbij moet worden onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten afval, zoals voedselafval, medisch afval en ander afval. Elk type afval moet op een specifieke manier worden behandeld en verwerkt om hygiënische risico's te beperken.
In sommige kinderopvanglocaties komen kinderen in contact met dieren, zoals op agrarische kinderopvangen of kinderboerderijen. Dieren kunnen infectieziekten overbrengen die van dier naar mens gaan, genaamd zoönosen. Hierbij zijn maatregelen zoals handen wassen en het dragen van beschermingskleding van belang. Daarnaast is er het GD-keurmerk Zoönosen, dat dierhouders helpt om het risico op ziekteoverdracht te beperken. In de kinderopvang gelden specifieke hygiënenormen om te voorkomen dat kinderen en medewerkers besmet raken via contact met dieren.
Hoofdluis en vleermuizen zijn andere hygiënische aspecten die in de kinderopvang een rol spelen. Hoofdluis kan zich makkelijk verspreiden via direct contact met kinderen. Het is daarom belangrijk om maatregelen te nemen, zoals het controleren van kinderen op hoofdluis en het informeren van ouders over de situatie. Vleermuizen kunnen ziektes overbrengen, zoals hondsdolheid (rabiës), maar zolang er geen direct contact is, is er geen gevaar. Bij het vinden van een zieke of gewonde vleermuis moet er wel voorzichtigheid worden betracht.
Arbeidsomstandigheden en veiligheid (arbo) vormen een belangrijk onderdeel van het beleid in de kinderopvang. Het doel is om de werkomstandigheden veilig en gezond te maken, zowel voor medewerkers als voor kinderen. Een goed arbobeleid draagt bij aan de motivatie van medewerkers, helpt bij het beheersen van verzuim en draagt bij aan de duurzame inzetbaarheid van medewerkers.
Er zijn verschillende doelen op het gebied van arbo. Zo moet het arbobeleid wettelijke eisen naleven, arbeidsrisico’s beheersen en arbo als een gezamenlijke verantwoordelijkheid ervaren worden. Daarnaast moet het beleid bijdragen aan de motivatie van medewerkers en de duurzame inzetbaarheid. Het arbobeleid is onderdeel van het algemene (personeels)beleid en maakt deel uit van het gezondheidsmanagement.
Om de doelen te bereiken, zijn er specifieke speerpunten voor arbo. Deze omvatten het ontwikkelen van arbobeleid, het creëren van arbeidsomstandigheden die wettelijk aan de normen voldoen en het draagvlak creëren voor het beleid bij medewerkers en bestuur. Daarnaast is het belangrijk om arbo bespreekbaar te maken op de werkvloer en om preventiemedewerkers in te zetten om medewerkers te ondersteunen.
Het arbobeleid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De verantwoordelijkheid ligt bij het algemeen bestuur, maar de uitvoering is in handen van het managementteam (MT). Medewerkers hebben ook verplichtingen, zoals genoemd in de Arbowet. Deze verplichtingen moeten duidelijk zijn en regelmatig besproken worden. Afdelingshoofden kunnen samen met preventiemedewerkers inspecties houden om ervoor te zorgen dat de richtlijnen worden gevolgd.
De ondernemingsraad (OR) speelt ook een rol in het arbobeleid. De OR is betrokken bij de bespreking van arbozaken en kan hierbij een belangrijke ondersteunende functie vervullen. Het is belangrijk dat arbozaken regelmatig worden besproken en dat er samenwerking is tussen de OR en het managementteam.
Zowel hygiëne als arbo zijn essentiële onderdelen van de kinderopvang. Hygiënenormen helpen om de verspreiding van ziektes te beperken en het welzijn van kinderen en medewerkers te waarborgen. Op het gebied van arbo draait het om de veiligheid en gezondheid van medewerkers. Door duidelijke richtlijnen en praktische maatregelen te hanteren, kan de kinderopvang een veilige en hygiënische omgeving bieden voor kinderen en medewerkers. Het is belangrijk dat zowel ouders als medewerkers deze richtlijnen begrijpen en in de praktijk brengen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet