Bambi kinderopvang: Structuur en opvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar
juli 16, 2025
De vraag of kinderopvang in Nederland binnenkort gratis wordt is sinds 2021 een centraal thema in de politiek en maatschappij. In het regeerakkoord van 2021 was het plan opgenomen om de kinderopvangtoeslag af te schaffen en de kinderopvang vrijwel volledig gratis te maken. Ondanks deze ambities is het plan al meerdere keren uitgesteld. Inmiddels is er een nieuwe datum vastgesteld: vanaf 2027 wordt de kinderopvang vrijwel volledig gratis. Maar wat betekent dit voor ouders, kinderopvanginstellingen en de maatschappij in het algemeen? Welke kansen en uitdagingen zijn er? Dit artikel geeft een overzicht van de huidige situatie, de plannen van het kabinet en de verwachtingen van experts en betrokken partijen.
Het kabinet wil vanaf 1 januari 2027 een nieuwe regeling invoeren waarbij werkende ouders slechts 4 procent van de kinderopvangkosten zelf betalen. De overheid zorgt voor de overige 96 procent. Dit betekent dat kinderopvang voor werkende ouders vrijwel volledig gratis wordt, ongeacht inkomen. Deze regeling geldt voor zowel de dagopvang als de buitenschoolse opvang (BSO) en voor kinderen tot 12 jaar oud. Hiermee wil het kabinet zorgen voor meer toegankelijkheid, gelijkheid en een eenvoudiger systeem voor ouders.
Het plan is ontworpen om te voldoen aan meerdere doelen: het stimuleren van arbeidsparticipatie van ouders, het verlagen van de administratieve lasten en het verbeteren van de kwaliteit van de kinderopvang. Momenteel is de kinderopvangtoeslagcomplex en leidt het regelmatig tot fouten, bijvoorbeeld door onjuiste berekeningen of administratieve problemen. Door deze toeslag te schrappen en een eenvoudigere regeling in te voeren, wil het kabinet deze problemen voorkomen.
Het plan voor gratis kinderopvang is in het regeerakkoord van 2021 opgenomen. In december van dat jaar tekende het kabinet dit akkoord met de belofte om de kinderopvangtoeslag te vervangen door een directe vergoeding aan kinderopvanginstellingen. Deze vergoeding zou 95 procent van de kosten bedragen, waardoor ouders slechts 5 procent zelf zouden moeten betalen. Ondertussen is deze regeling al meerdere keren uitgesteld. In 2023 werd de invoeringsdatum verplaatst naar 2025, maar ook deze datum bleek onhaalbaar. Uiteindelijk is de nieuwe datum vastgesteld op 2027.
De uitstelbeslissingen zijn niet zonder discussie gegaan. De Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang heeft zich uitgesproken tegen het uitstel. Volgens Loes Ypma, voorzitter van de vereniging, is het uitstel "onverstandig en risicovol", omdat het het complexe toeslagenstelsel nog langer in stand houdt en de arbeidsmarkt niet ondersteunt zoals nodig is.
De invoering van bijna gratis kinderopvang wordt gezien als een kans voor zowel ouders als de maatschappij. Voor ouders betekent het minder financiële druk, wat kan leiden tot meer werkgelegenheid en stabiliteit in de huishoudens. Voor kinderopvanginstellingen is het een kans om zich te ontwikkelen en de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Bovendien zou het plan kunnen bijdragen aan het verhogen van het geboortecijfer, omdat het financiële drempels wegneemt voor het krijgen van kinderen.
Een studie van het Centraal Planbureau suggereert dat de regeling voor gratis kinderopvang kan leiden tot een beperkt effect op de arbeidsparticipatie. Dit betekent dat de maatregel niet per se tot een toename van het aantal ouders op de arbeidsmarkt leidt. Wel blijkt uit de studie dat de huidige inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) een effectiever instrument is voor het stimuleren van arbeidsparticipatie. Toch ziet het kabinet de invoering van bijna gratis kinderopvang als een belangrijk stuk van een bredere strategie voor betaalbare kinderopvang en gelijke kansen voor alle gezinnen.
Hoewel het plan voor bijna gratis kinderopvang veel kansen biedt, zijn er ook aanzienlijke uitdagingen. Een van de grootste zorgen is de impact op de vraag naar kinderopvang. Volgens Raoel Koole van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is de vraag naar kinderopvang met ongeveer 21 procent verwacht te stijgen. De sector kampt momenteel met personeelstekorten en hoge ziekteverzuimcijfers. Als de vraag plotseling toeneemt, kan dit leiden tot een verlaging van de kwaliteit van de kinderopvang. Dat is iets dat het kabinet wil voorkomen.
Een andere kritiek komt van Emmeline Bijlsma, directeur van de Brancheorganisatie Kinderopvang. Zij is van mening dat het aanbieden van kinderopvang als een gratis dienst de waarde ervan kan verlagen in de ogen van ouders. Volgens haar kunnen ouders dan minder betrokken raken bij de opvang van hun kinderen. Ze wijst naar Scandinavië, waar de kinderopvang grotendeels door de overheid wordt vergoed, maar waar de kwaliteit van de opvang niet hoger is dan in Nederland.
Daarnaast is er geen onderzoek gedaan naar de gevolgen van de kwaliteit van gratis of bijna gratis kinderopvang. Bijlsma benadrukt dat de kwaliteit van de kinderopvang in Nederland al behoorlijk hoog is, gezien de top-positie in Europa. Het kabinet moet dan ook zorgen dat de kwaliteit behouden blijft bij de invoering van het nieuwe stelsel.
De invoering van bijna gratis kinderopvang is een grote investering voor de overheid. Volgens een brief van staatssecretaris van Financiën Van Huffelen kost het plan ongeveer 5,4 miljard euro extra per jaar. Deze schatting is gebaseerd op het feit dat kinderopvang voor kinderen tot 12 jaar vier dagen per week gratis wordt. De kosten kunnen echter aanzienlijk lager uitvallen als ouders een kleine bijdrage leveren of als de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) wordt afgeschaft.
Het plan is ook onderzocht door het Centraal Planbureau, dat meerdere scenario’s heeft doorgenomen. Volgens deze scenario’s kan het plan betaalbaar worden gemaakt door bijvoorbeeld belastingontwijking harder aan te pakken, belastingen op milieuvervuiling te verhogen en samenwerking met andere partijen in te zetten. D66, bijvoorbeeld, ziet gratis kinderopvang als een kans om samen met andere partijen te denken over de financiering.
De huidige plannen voor bijna gratis kinderopvang zijn gebaseerd op een langdurige visie. Het kabinet wil zorgen voor een stabieler en betaalbaarder stelsel voor kinderopvang in Nederland. Maar ook de sector en ouders worden uitgedaagd om mee te denken aan de toekomst. Zo moet de kinderopvangsector zich voorbereiden op de verwachte toename van vraag en moet het kabinet zorgen voor voldoende investeringen in personeel en kwaliteit. Ouders worden uitgenodigd om betrokken te blijven bij de opvang van hun kinderen, ook als de opvang grotendeels of volledig gratis is.
Het plan is ook een kans om de kansenongelijkheid te verkleinen. Nu is kinderopvang voor sommige gezinnen te duur, waardoor het moeilijker is om te werken of te studeren. Bijna gratis kinderopvang kan helpen om deze kloof te overbruggen. Daarnaast kan het plan ook bijdragen aan een gezondere maatschappij, waarbij kinderen beter kunnen ontwikkelen en ouders meer kans krijgen op een balans tussen werk en privé.
De invoering van bijna gratis kinderopvang in Nederland is een plan dat al meerdere keren is uitgesteld, maar dat nu eindelijk vorm krijgt. Vanaf 2027 zullen werkende ouders slechts 4 procent van de kinderopvangkosten zelf betalen. Het kabinet ziet dit als een kans om arbeidsparticipatie te verhogen, administratieve lasten te verlagen en gelijkheid te bevorderen. De plannen zijn onderzocht door het Centraal Planbureau en zijn gebaseerd op een schatting van 5,4 miljard euro extra per jaar. De kosten kunnen echter aanzienlijk lager uitvallen als de inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt afgeschaft of als ouders een kleine bijdrage leveren.
Ondanks de kansen zijn er ook uitdagingen. De vraag naar kinderopvang wordt verwacht te stijgen, wat kan leiden tot problemen met de kwaliteit van de zorg. De sector kampt momenteel met personeelstekorten en hoge ziekteverzuimcijfers. Daarnaast is er geen onderzoek gedaan naar de gevolgen van de kwaliteit van gratis of bijna gratis opvang. Het kabinet moet dus zorgen dat de kwaliteit behouden blijft bij de invoering van het nieuwe stelsel.
De toekomst van kinderopvang in Nederland is nog steeds onzeker, maar de richting is duidelijk. Het kabinet wil een betaalbaar en toegankelijk stelsel voor alle gezinnen. Maar de sector, ouders en andere partijen moeten ook mee denken aan de toekomst. Het plan is een kans, maar het vraagt ook om verantwoordelijkheid en samenwerking.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet