BBL-opleiding Pedagogisch Medewerker Kinderopvang Niveau 4: Werken, Leren en Groeien in de Kinderopvang
juli 16, 2025
Codeïne is een opiaat dat al lange tijd wordt gebruikt voor de behandeling van pijn en hoest. Echter, recent onderzoek en herzieningen door geneesmiddelenbureaus hebben geleid tot strengere richtlijnen en waarschuwingen met betrekking tot het gebruik van codeïne bij kinderen. Dit artikel geeft een overzicht van de huidige kennis over codeïnegebruik bij kinderen, gebaseerd op beschikbare informatie, en benadrukt de risico's en beperkingen die ouders en zorgverleners moeten overwegen.
Codeïne is een pijnstillende en hoestonderdrukkende stof die in verschillende medicijnen voorkomt, vaak in combinatie met paracetamol of acetylsalicylzuur. Het werkt door de prikkel tot hoesten te verminderen en pijn te verlichten. In het lichaam wordt codeïne omgezet in morfine, wat grotendeels verantwoordelijk is voor het pijnstillende effect. Dit proces verloopt via het enzym CYP2D6, waarbij genetische variaties een rol spelen in de snelheid van de omzetting.
Codeïne is officieel geregistreerd voor gebruik bij kinderen vanaf 12 jaar, wat betekent dat de fabrikant het middel bij deze leeftijdsgroep uitgebreid heeft onderzocht en de overheid het gebruik heeft goedgekeurd. Voor kinderen jonger dan 12 jaar wordt het gebruik afgeraden. Sommige producten met codeïne zijn geregistreerd voor kinderen vanaf 6 jaar voor de behandeling van hoest, maar de algemene trend is naar strengere beperkingen. Voor gebruik bij pijn wordt codeïne in België vaak pas vanaf 15 jaar aangeraden in de SKP’s (Samenvatting van de Kenmerken van het Product).
Het gebruik van codeïne is niet zonder risico's, vooral bij kinderen. De meest voorkomende bijwerkingen zijn verstopping (obstipatie) en sufheid. Minder vaak kunnen misselijkheid, duizeligheid, hoofdpijn, vermoeidheid en concentratieproblemen optreden. Ernstigere bijwerkingen, zoals ademhalingsproblemen, zijn zeldzaam maar potentieel levensbedreigend.
Een bijzonder risico bestaat bij kinderen die ‘ultrasnelle metaboliseerders’ zijn van codeïne. Dit betekent dat zij codeïne sneller omzetten in morfine, wat kan leiden tot een te hoge concentratie morfine in het bloed en ernstige ademhalingsdepressie. De prevalentie van ultrasnelle metaboliseerders varieert per bevolkingsgroep, van 1-2% in Noord-Europa tot 29% in Afrikaanse populaties.
Jonge leeftijd en aandoeningen die de ademhaling bemoeilijken, zoals slaapapnoe, verhogen het risico op ernstige ademhalingsproblemen bij codeïnegebruik. Er zijn meer dan 40 gevallen beschreven van ademhalingsdepressie bij borstgevoede zuigelingen wiens moeder codeïne gebruikte.
Vanwege de risico's heeft het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) aanbevelingen gedaan om het gebruik van codeïne als pijnstiller bij kinderen te beperken. Codeïne mag alleen gebruikt worden voor de behandeling van acute, matige pijn bij kinderen ouder dan 12 jaar, en alleen als andere pijnstillers, zoals paracetamol of ibuprofen, onvoldoende effectief zijn. De aanbevolen dosis is 0,5 tot 1 mg codeïne per kilogram lichaamsgewicht, maximaal 240 mg per dag, en niet langer dan 3 dagen achtereen.
Codeïne is gecontra-indiceerd (mag niet gebruikt worden) bij kinderen jonger dan 18 jaar die een operatie aan de amandelen of adenoïden hebben ondergaan vanwege obstructieve slaapapnoe. Ook wordt codeïne afgeraden bij kinderen met aandoeningen die de ademhaling kunnen bemoeilijken. Vrouwen die borstvoeding geven, mogen codeïne niet gebruiken, omdat de stof via de moedermelk aan de baby kan worden doorgegeven.
Codeïne wordt soms gebruikt om hoest te onderdrukken, maar de effectiviteit hiervan is niet altijd duidelijk. Bij een slijmhoest is het juist belangrijk om te hoesten om het slijm kwijt te raken. Voor kinderen van 6 tot 12 jaar is codeïne geregistreerd voor de behandeling van hoest, maar ook hier geldt dat de risico's zorgvuldig moeten worden afgewogen.
Bij pijn en hoest bij kinderen zijn er verschillende alternatieven voor codeïne. Paracetamol en ibuprofen zijn effectieve pijnstillers die over het algemeen veiliger zijn voor kinderen. Voor hoest kunnen andere middelen, zoals honing (niet voor kinderen jonger dan 1 jaar), stoomtherapie, of hoestdranken op basis van kruidenextracten, verlichting bieden.
Ouders en zorgverleners moeten zich bewust zijn van de volgende waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen:
Codeïne kan verslavend werken, en bij langdurig gebruik kunnen ontwenningsverschijnselen optreden bij het stoppen. Het is belangrijk om codeïne alleen te gebruiken zoals voorgeschreven door een arts en niet langer dan noodzakelijk.
Het gebruik van codeïne bij kinderen is omgeven door risico's en beperkingen. Recente herzieningen door geneesmiddelenbureaus hebben geleid tot strengere richtlijnen en waarschuwingen. Codeïne mag alleen gebruikt worden voor de behandeling van acute, matige pijn bij kinderen ouder dan 12 jaar, en alleen als andere pijnstillers onvoldoende effectief zijn. Ouders en zorgverleners moeten zich bewust zijn van de risico's en alternatieven, en altijd een arts raadplegen bij vragen of zorgen. Het is van cruciaal belang om de veiligheid van kinderen voorop te stellen bij het kiezen van een behandeling voor pijn en hoest.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet