Reiskostenvergoeding voor kinderopvangmedewerkers: Aanpassingen en voorwaarden
juli 16, 2025
In de huidige context van kinderopvang en voorschoolse educatie speelt de Vroeg- en Vroegschoolse Educatie (VVE) een steeds belangrijkere rol. Het doel van de VVE is om jonge kinderen in de leeftijd van 2,5 jaar tot groep 2 van de basisschool goed voor te bereiden op het onderwijs. Deze educatie is ontwikkelingsgericht en richt zich op het ontwikkelen van taalvaardigheden, motoriek, sociale vaardigheden en leren leren. Om dit effectief te kunnen doen, is het belangrijk dat professionals in de VVE goed opgeleid zijn. In dit artikel bespreken we de opleidingen en scholingsprogramma’s die nodig zijn om in de VVE te werken, met aandacht voor de inhoud, duur, toelatingseisen en relevante praktijkgerichtheid van deze cursussen.
Opleidingseisen voor werken in de VVE
Om in de VVE te werken, is een relevante opleiding op het niveau van MBO-3 of MBO-4 verplicht. Er zijn drie hoofdopleidingen die hieraan voldoen:
- Pedagogisch medewerker kinderopvang (MBO-3)
- Gespecialiseerd pedagogisch medewerker (MBO-4)
- Onderwijsassistent (MBO-4)
Na afronding van deze opleidingen is er een vermelding op het diploma en de resultatenlijst dat de eisen voor VVE zijn voldaan. Er is geen apart certificaat voor VVE. Daarnaast is het ook mogelijk om los de bijscholing VVE te volgen, waardoor je basis geschoold bent om op een VVE-locatie te werken. Bovendien moet je voldoen aan de taaleis Nederlands 3F, zoals beschreven in de wet IKK en taaleis VE.
Bijscholingen en scholingsprogramma’s
Naast een basisopleiding is het belangrijk om scholingsprogramma’s te volgen om specifieke vaardigheden en kennis te verwerven die nodig zijn voor het werken in de VVE. Deze cursussen richten zich op het ontwikkelen van interactievaardigheden, observeren, het creëren van een uitdagende speel- en leeromgeving en het werken met ouders. Hieronder worden enkele voorbeelden van scholingsprogramma’s besproken.
1. Ontwikkelingsgericht werken in de VVE (Noorderpoort)
Deze cursus helpt pedagogisch medewerkers in de kinderopvang bij het combineren van werk en studie. Het doel is om binnen drie maanden volledig bijgeschoold te worden tot pedagogisch medewerker in de kinderopvang. Tijdens de cursus komen de volgende onderwerpen aan de orde:
- Interactievaardigheden
- Observatietechnieken
- Uitdagende speel- en leeromgeving
- Spelvormen voor ontwikkelingsgericht werken
- Samenwerking met de omgeving van het kind
- Het functioneren van het kinderbrein
- Pedagogiek voor kinderen van 0 tot 13 jaar
De cursus duurt 12 weken en bestaat uit 12 bijeenkomsten. De kosten zijn € 895 per persoon. De cursus is bedoeld voor mensen met een afgeronde opleiding die op een bepaalde diplomalijst staat. Als je twijfelt of jouw diploma kwalificeert, kun je een diplomacheck uitvoeren.
2. Koptraining Uk & Puk VVE (Spiekr)
Deze training richt zich specifiek op het werken met het Uk & Puk programma, dat vaak wordt ingezet in VVE-locaties. Tijdens de cursus leer je hoe je een educatieve speelomgeving kunt creëren, hoe je ouders actief kunt betrekken bij de ontwikkeling van het kind en hoe je het Uk & Puk materiaal op een interactieve manier kunt inzetten.
Belangrijke kenmerken van deze training zijn:
- Erkend certificaat na afronding
- Direct toepasbare kennis
- Aanpak van leerachterstanden
- Voldoening aan subsidie-eisen van gemeenten
De training is geschikt voor pedagogisch medewerkers, VVE-coaches en andere professionals in de kinderopvang die een generieke VVE training hebben gevolgd, maar nog niet voldoen aan de specifieke eisen van de gemeente. De cursus bestaat uit 8 bijeenkomsten en kost € 1199. De training wordt aangeboden in Drachten of Leeuwarden, of als in-company training overal in Noord-Nederland.
3. Basistraining VVE (Movetomatch)
De Basistraining Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) biedt een uitgebreid programma dat aandacht besteedt aan dagelijkse activiteiten, didactiek, observeren, speelomgevingen, voorlezen en taal-denkgesprekken, en ouderbetrokkenheid. De training bestaat uit twaalf bijeenkomsten van vier uur en bevat praktijkopdrachten en het maken van een portfolio.
Belangrijke aspecten van deze training zijn:
- Aandacht voor de Talentendriehoek en de 3 V’s
- Inrichting van een speel-leeromgeving
- Opbrengstgericht werken
- Samenwerking met ouders
De groep bestaat uit minimaal 10 en maximaal 12 personen. Tussen de bijeenkomsten is er een periode van minstens vier werkweken, zodat de deelnemers voldoende tijd hebben om de opdrachten uit te voeren. Daarnaast zijn er vijf coachingsmomenten, individueel of in een kleine groep, afhankelijk van het onderwerp.
Na afronding ontvangt de deelnemer het erkende certificaat Basistraining VVE, waarmee hij of zij startbekwaam is voor het werken in een VVE-locatie. De training is vooral geschikt voor pedagogisch medewerkers die werken in kinderopvang, peuterwerk of voorscholen.
De rol van certificaten in de VVE
Certificaten spelen een belangrijke rol bij het werken in de VVE. Niet alleen is er een vermelding op het diploma nodig, maar ook moet men beschikken over een specifiek scholingscertificaat dat aansluit bij het VVE-programma dat op de locatie wordt ingezet. Bijvoorbeeld, in gemeenten zoals Enschede is het verplicht dat ten minste één beroepskracht in de VVE-groep over een certificaat beschikt van een met succes afgerond scholingsprogramma gerelateerd aan het VVE-programma. Als dat niet het geval is, moet een andere beroepskracht binnen zes maanden met het scholingsprogramma starten en binnen twee jaar afronden.
De certificaten die na afronding van scholingsprogramma’s worden uitgereikt, zijn erkend door het Nederlands Jeugdinstituut en voldoen aan de eisen van de Databank Effectieve Jeugdinterventies. Dit betekent dat de programma’s wetenschappelijk onderbouwd zijn en effectief zijn voor de ontwikkeling van jonge kinderen.
Samenwerking met ouders
Een belangrijk aspect van de VVE is de samenwerking met ouders. Pedagogisch medewerkers worden opgeleid om ouders actief te betrekken bij de ontwikkeling van hun kind. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door informatie te delen over de voortgang van het kind, ouders te betrekken bij activiteiten in de groep of te werken aan woordenschat en taalontwikkeling thuis. Ouderbetrokkenheid is essentieel voor het succes van de VVE, omdat de ontwikkeling van het kind niet alleen in de opvang plaatsvindt, maar ook thuis.
De praktijkgerichtheid van VVE-opleidingen
Alle scholingsprogramma’s voor de VVE zijn sterk gericht op de praktijk. De cursussen bevatten veel praktijkopdrachten en het gebruik van portfolio’s om de eigen leerproces te documenteren. Dit zorgt ervoor dat de kennis direct toepasbaar is in de werkelijkheid van de kinderopvang. Daarnaast zijn er coachingsmomenten waarin de deelnemers feedback krijgen en hun kennis kunnen verwerken.
Conclusie
Werken in de Vroeg- en Vroegschoolse Educatie (VVE) vraagt om een specifieke opleiding en scholing. Pedagogisch medewerkers moeten over een relevante MBO-3 of MBO-4 opleiding beschikken en moeten voldoen aan taaleisen. Bovendien is het belangrijk om scholingsprogramma’s te volgen die gericht zijn op het werken met jonge kinderen, zoals het Uk & Puk programma of andere ontwikkelingsgerichte programma’s. Deze cursussen richten zich op interactie, observeren, speelomgevingen en ouderbetrokkenheid en zijn vaak geaccrediteerd en erkend door het Nederlands Jeugdinstituut. De praktijkgerichtheid van deze opleidingen zorgt ervoor dat professionals direct toepasbare kennis verwerven die van belang is voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Samen met ouders en andere beroepsgroepen draagt de VVE bij aan een betere start op de basisschool en het voorkomen van onderwijsachterstanden.
Vorige week een nieuwe gevel bij de BSO gekregen. Nieuwe kozijnen, nieuw glas en deur.
