Navigeren in de Kinderopvang: Een Overzicht van Locaties en Opvangsoorten in Nederland
juli 15, 2025
De jaarurensystematiek speelt een steeds belangrijkere rol in de organisatie van werktijden binnen de kinderopvang. Deze systematiek biedt werkgevers meer flexibiliteit bij het plannen van werkdagen en werktijden, afgestemd op de seizoensgebonden drukte en behoeften in de sector. Het stelt hen in staat om de werkuren van medewerkers niet per week, maar per kalenderjaar te plannen, zolang het gemiddelde aantal uren per maand niet te veel afwijkt van het afgesproken contract. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de regels, voordelen, beperkingen en praktische toepassing van de jaarurensystematiek in de kinderopvang, met aandacht voor de relevante afspraken uit de CAO Kinderopvang.
De jaarurensystematiek is een model dat binnen de CAO Kinderopvang is vastgelegd en wordt toegepast om werktijden van medewerkers aan te passen aan de seizoensgebonden werkbelasting. In plaats van dat medewerkers wekelijks een vaste hoeveelheid uren werken, wordt het totale aantal werkuren per jaar bepaald, verdeeld over het kalenderjaar. Zo kunnen er in drukke periodes extra uren worden ingeroosterd, terwijl er in rustige periodes minder nodig is.
De centrale regel is dat het aantal uren dat een medewerker per maand werkt, niet meer dan 20% mag afwijken van het gemiddelde aantal uren per maand dat in de arbeidsovereenkomst is afgesproken. Dit betekent dat de werkgever binnen die grenzen kan plannen, maar het jaarlijkse totaal aantal uren moet uiteindelijk gelijk zijn aan het afgesproken contract.
De CAO Kinderopvang bevat uitgebreide regels over de jaarurensystematiek. Een aantal belangrijke punten uit de CAO zijn:
De jaarurensystematiek biedt werkgevers de mogelijkheid om flexibel te reageren op de seizoensgebonden drukte in de kinderopvang. Bijvoorbeeld tijdens de zomervakantie, wanneer de vraag naar dagopvang toeneemt, kan het aantal medewerkers of werkdagen worden aangepast. In rustige periodes, zoals in de kerst- of paasvakantie, kan het aantal uren worden teruggebracht. Dit helpt bij het optimaliseren van de werkkapaciteit en het vermijden van over- of ondertijds.
Een voorbeeld: een medewerker werkt normaal gesproken 160 uur per maand. In een drukke maand kan ze 192 uur werken (20% meer), terwijl ze in een rustigere maand 128 uur werkt (20% minder). Op het einde van het jaar is het totaal aantal uren dan weer gelijk aan 1920 (160 x 12).
Het invoeren van de jaarurensystematiek heeft echter ook gevolgen voor de medewerkers. Hun werktijden en beschikbaarheid kunnen variëren, wat kan leiden tot meer onzekerheid in het planningstempo. Het is daarom belangrijk dat de werkgever met medewerkers overlegt en hen informeert over de werking van de systematiek. Dit helpt bij het kweken van begrip en medewerking bij de medewerkers.
De jaarurensystematiek is niet voor alle opvangvormen hetzelfde toepasbaar. Voor dagopvang geldt bijvoorbeeld een strengere regel: het saldo van plus- en min-uren mag niet groter zijn dan het afgesproken gemiddelde aantal uren per twee weken. Voor buitenschoolse opvang en peuteropvang geldt dit maximumsaldo per maand. Deze verschillen zijn bedoeld om rekening te houden met de verschillende werklasten en behoeften van deze opvangvormen.
Daarnaast is het belangrijk dat de jaarurensystematiek niet wordt gebruikt als een middel om arbeidsvoorwaarden systematisch te verlagen. De CAO legt uit dat de systematiek alleen mag worden ingezet om de werktijden aan te passen aan de seizoensgebonden werkbelasting. Het moet niet leiden tot het onttrekken van rechten of het beperken van de werktijden op een manier die nadelig is voor de medewerker.
Een goede communicatie tussen werkgever en medewerkers is essentieel bij het invoeren van de jaarurensystematiek. Het is aanbevolen om tijdens de invoering duidelijk te maken hoe de systematiek werkt, welke regels er zijn, en hoe het medewerkers kan beïnvloeden. De CAO benadrukt dat overleg met medezeggenschap belangrijk is bij het bepalen van de manier waarop de systematiek wordt ingevoerd.
Bijvoorbeeld: als een werkgever wil dat medewerkers in de zomer extra uren draaien, moet ze dit duidelijk communiceren en waar mogelijk afspraken maken over de compensatie. Dit helpt om eventuele onrust of onwetendheid te voorkomen.
In de CAO zijn ook overgangsregels opgenomen voor medewerkers die zich aan het aanpassen aan de nieuwe CAO. Zo kunnen medewerkers die in een bepaalde periode langdurig afwezig waren, extra tijd krijgen om zich aan de eisen aan te passen. Dit geldt bijvoorbeeld voor medewerkers die in 2024 langer dan acht weken afwezig waren vanwege ziekte of vakantie. Deze medewerkers krijgen zes maanden extra tijd om aan de vereiste scholingen te voldoen.
Daarnaast zijn er uitzonderingen op de scholingsverplichtingen voor 0-jarigen. Bijvoorbeeld als er per dag 10 uur of meer aaneengesloten dagopvang wordt aangeboden, mag er voor maximaal drie uur per dag per groep worden afgeweken van de extra scholingseis. Ook pedagogisch professionals die nog bezig zijn met hun scholing, mogen formatief worden ingezet op groepen met 0-jarigen, zolang er ten minste één gekwalificeerde beroepskracht op de groep is ingezet.
De jaarurensystematiek biedt werkgevers in de kinderopvang een waardevolle tool om de werkbelasting beter aan te passen aan seizoensgebonden drukte. Het stelt hen in staat om werktijden flexibel te plannen, zolang het aantal uren per maand binnen de toegestane grenzen blijft. Deze systematiek is echter niet zonder gevolgen voor medewerkers en moet daarom zorgvuldig worden ingevoerd, met duidelijke communicatie en overleg. De CAO Kinderopvang bevat uitgebreide regels die het gebruik van de jaarurensystematiek reglementeren, inclusief verschillende regels per opvangvorm en overgangsregels voor medewerkers die zich aan het aanpassen aan de nieuwe CAO. Voor zowel werkgevers als medewerkers is het belangrijk om deze afspraken goed te begrijpen en te volgen om eventuele onrust of onwetendheid te voorkomen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet