Jubileumtoeslagen in de Cao Kinderopvang: Wat werknemers en werkgevers moeten weten
juli 15, 2025
Kinderopvang is een essentiële ondersteuning voor ouders die werken of andere verantwoordelijkheden hebben. In Nederland is kinderopvang beschikbaar in verschillende vormen, zoals kinderdagverblijf (KDV), buitenschoolse opvang (BSO), peuteropvang (PO) en gastouderopvang. De tarieven voor deze vormen van opvang zijn in 2025 opnieuw vastgesteld en worden beïnvloed door zowel de overheid als de individuele opvangorganisaties. Bovendien is er de mogelijkheid om een tegemoetkoming te ontvangen via de kinderopvangtoeslag, afhankelijk van het inkomen en het aantal gewerkte uren. In deze artikel worden de tarieven, toeslagen en administratieve aspecten van kinderopvang in 2025 in detail beschreven.
Tarieven voor verschillende vormen van kinderopvang in 2025
In 2025 zijn de tarieven voor kinderopvang verschillend per vorm van opvang. Deze tarieven zijn afhankelijk van het type contract, de locatie en de eventuele toegang tot de kinderopvangtoeslag. In de volgende subsecties worden de tarieven voor de belangrijkste vormen van opvang beschreven, gebaseerd op de informatie uit de beschikbare bronnen.
Kinderdagverblijf (KDV)
Het kinderdagverblijf is een populaire vorm van opvang voor kinderen vanaf drie jaar. Voor 2025 zijn de volgende tarieven vastgesteld door diverse opvangorganisaties:
- Jaarcontract: € 10,71 per uur
- Schoolwekencontract: € 11,63 per uur
- Flexibele of extra opvang: € 12,39 per uur
Deze tarieven zijn afhankelijk van de locatie en de organisatie. Zo kan het uurtarief in bepaalde regio’s iets lager of hoger liggen. Bijvoorbeeld, Kids First vermeldt een uurtarief vanaf € 10,86 in de regio Groningen/Friesland, terwijl het in Drenthe € 10,71 is. Deze variaties worden beïnvloed door lokale kosten en de indexering die de overheid jaarlijks vaststelt.
Buitenschoolse opvang (BSO)
Voor kinderen die in de schooltijd in opvang zitten, is de buitenschoolse opvang beschikbaar. De tarieven voor 2025 zijn als volgt:
- Jaarcontract: € 9,52 per uur
- Schoolwekencontract: € 10,20 per uur
- Flexibele of extra opvang: € 11,40 per uur
De tarieven van Kids First zijn iets lager, met een uurtarief vanaf € 9,29. Ook hier is de tariefstructuur afhankelijk van de locatie en het type contract.
Peuteropvang (PO)
De peuteropvang richt zich op jongere kinderen, jonger dan drie jaar. In 2025 is het uurtarief voor peuteropvang vastgesteld op € 11,17. Dit tarief is hetzelfde als het maximale uurtarief voor de kinderopvangtoeslag in 2025. Ouders die in aanmerking komen voor de toeslag betalen dit tarief, terwijl ouders die niet in aanmerking komen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage moeten betalen, gebaseerd op hun inkomen.
Gastouderopvang
De gastouderopvang is een vorm van opvang waarbij kinderen worden opgevangen door een gastouder in hun eigen huis. De tarieven voor gastouderopvang in 2025 zijn als volgt:
- Maximale uurtarief voor kinderopvangtoeslag: € 8,10 per uur
Ouders die in aanmerking komen voor de toeslag betalen dit tarief. Voor ouders die niet in aanmerking komen, hangt het tarief af van hun inkomen en kan het hoger liggen.
Kinderopvangtoeslag in 2025
De kinderopvangtoeslag is een subsidie die ouders ontvangen om de kosten van kinderopvang te verlagen. De hoogte van de toeslag hangt af van het inkomen van de ouders en het aantal maanden dat ze hebben gewerkt. In 2025 is het maximale uurtarief voor de toeslag voor de verschillende vormen van opvang als volgt vastgesteld:
- Dagopvang: € 10,71 per uur
- Buitenschoolse opvang: € 9,52 per uur
- Gastouderopvang: € 8,10 per uur
De toeslag wordt berekend op basis van het uurtarief dat de ouder betaalt, mits het niet hoger ligt dan het maximale tarief. Als ouders meer betalen dan het maximum, telt het extra bedrag niet mee voor de toeslag. Daarnaast is er een maximum aantal uren waarvoor een toeslag kan worden verstrekt. Voor een ouder die in een re-integratie-traject zit, is dit 230 uur per maand per kind. Werkende ouders met een aanvullende uitkering kunnen maximaal 140 procent van het aantal gewerkte uren ontvangen voor dagopvang en gastouderopvang, met een maximum van 230 uur per maand per kind. Voor buitenschoolse opvang is dit 70 procent van het aantal gewerkte uren.
De toeslag wordt uitgekeerd op de 26e van de maand, met uitzondering van enkele maanden, zoals 24 januari, 25 april, 25 juli, 24 oktober en 23 december.
Administratieve aspecten van kinderopvangtoeslag
Voor de administratie van de kinderopvangtoeslag zijn er een aantal belangrijke aandachtspunten. Eerst en vooral moet de inkomenssituatie van de ouders worden vastgesteld. Ouders moeten hun inkomensgegevens aanleveren om te bepalen of ze in aanmerking komen voor de toeslag. In sommige gevallen, zoals bij doelgroepouders (bijvoorbeeld ouders in een re-integratie-traject of ouders die inburgeren), zijn er extra administratieve eisen. Deze ouders moeten vier keer per jaar gegevens aanleveren bij de Belastingdienst en een verklaring afgeven die kan worden gebruikt voor controle.
Daarnaast is het belangrijk om te weten dat de toeslag niet altijd gelijk is aan de gemaakte kosten. Er is altijd een eigen bijdrage van de ouder. Het maximum aantal uren waarvoor een toeslag kan worden verstrekt is afhankelijk van de situatie van de ouder. Werkende ouders kunnen bijvoorbeeld maximaal 230 uur per maand per kind ontvangen, maar kunnen deze uren ook opslaan voor later gebruik.
Invloed van inkomen op de toeslag
De hoogte van de kinderopvangtoeslag hangt direct af van het inkomen van de ouders. In 2024 is de kinderopvangtoeslagtabel vastgesteld, waarin het percentage toeslag is opgenomen op basis van het gezamenlijke toetsingsinkomen van de ouders. Voor 2025 is deze tabel nog niet volledig beschikbaar, maar de trends uit 2024 kunnen worden gebruikt om een indruk te krijgen van de verwachte situatie in 2025.
In 2024 is het percentage toeslag voor het eerste kind maximaal 96%, terwijl het voor het tweede en volgende kinden iets lager is. Naarmate het gezamenlijke inkomen van de ouders toeneemt, neemt het percentage toeslag geleidelijk af. Bijvoorbeeld, bij een gezamenlijk inkomen van € 45.637 is het percentage toeslag voor het eerste kind 87,3% en voor het tweede en volgende kinden 94,5%.
Hoewel de exacte tabel voor 2025 nog niet beschikbaar is, is het aannemelijk dat de trends uit 2024 zich ook in 2025 zullen voordoen. Ouders met een lager inkomen zullen dus waarschijnlijk een hoger percentage toeslag ontvangen dan ouders met een hoger inkomen.
Toekomstige ontwikkelingen en verwachtingen
In de komende jaren is te verwachten dat de tarieven voor kinderopvang zullen stijgen, aangezien de indexering jaarlijks wordt toegepast. In 2025 is het uurtarief voor kinderdagverblijf al opgelopen tot € 10,71, wat hoger is dan het tarief van 2024 (€ 10,25) en 2023 (€ 9,12). Voor buitenschoolse opvang is het tarief in 2025 € 9,52, wat ook hoger is dan in 2024 (€ 9,12) en 2023 (€ 7,85).
Deze stijging van tarieven wordt gedeeltelijk gecompenseerd door de kinderopvangtoeslag, die ook stijgt met het maximale uurtarief. Echter, ouders met een hoger inkomen zullen waarschijnlijk minder profiteren van deze stijging, omdat het percentage toeslag afneemt naarmate het inkomen stijgt.
Conclusie
Kinderopvangtarieven en toeslagen zijn essentiële aspecten van de opvang van kinderen in Nederland. In 2025 zijn de tarieven voor kinderopvang gestegen ten opzichte van eerdere jaren, en is het maximale uurtarief voor de kinderopvangtoeslag ook hoger. De toeslag hangt af van het inkomen van de ouders en het aantal gewerkte uren, en wordt uitgekeerd op basis van een administratieve procedure. Ouders die in aanmerking komen voor de toeslag kunnen hiermee hun netto kosten verlagen, maar moeten wel rekening houden met de administratieve eisen en de beperkingen van het maximum aantal uren. Het is belangrijk om zich te informeren over de tarieven en toeslagen in de eigen regio en organisatie, om de juiste beslissingen te nemen op het gebied van kinderopvang.
Vorige week een nieuwe gevel bij de BSO gekregen. Nieuwe kozijnen, nieuw glas en deur.
