Gratis kinderopvang in 2022: Initiatieven, effecten en toekomstige plannen in Nederland
juli 15, 2025
Het organiseren van kinderopvang is in Nederland voor veel ouders essentieel, en in veel gevallen wordt een deel van de kosten vergoed via de kinderopvangtoeslag. Voor kinderopvangorganisaties en verantwoordelijke pedagogisch medewerkers is het begrijpen van de fiscale verplichtingen en mogelijkheden van cruciaal belang. De fiscale administratie van kinderopvang kan complex zijn en omvat diverse belastingen zoals vennootschapsbelasting (Vpb), loonbelasting en omzetbelasting. Daarnaast zijn er ook specifieke aandachtspunten bij het aanpassen van uurtarieven en het indienen van aangiften bij de Belastingdienst. In deze artikel geven we een overzicht van de belangrijkste belastingen, aandachtspunten bij de belastingaangifte en tips om naheffingen te voorkomen.
De drie belangrijkste belastingen die voor kinderopvangorganisaties van toepassing zijn, zijn de vennootschapsbelasting, de loonbelasting en de omzetbelasting.
Voor veel maatschappelijke kinderopvangorganisaties is de rechtsvorm een stichting. Een veelvoorkomende misvatting is dat stichtingen automatisch vrij zijn van vennootschapsbelasting (Vpb). Echter, wettelijk gezien is een stichting belastingplichtig voor zover er sprake is van een onderneming. Dit betekent dat er sprake moet zijn van een organisatie van kapitaal en arbeid die deelneemt aan het economisch verkeer en waarin sprake is van concurrentie of winststreven. In de praktijk is vaak sprake van concurrentie tussen kinderopvangorganisaties, ook binnen de maatschappelijke sector. Daarom kunnen deze organisaties toch belastingplichtig zijn voor Vpb. Het is daarom belangrijk om de activiteiten van de organisatie nauwkeurig in kaart te brengen, bijvoorbeeld bij voor- en vroegschoolse educatie.
De werkkostenregeling (WKR) biedt een fiscale faciliteit voor werkgevers om onbelaste vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers te doen. De vrije ruimte binnen deze regeling is maximaal 1,7 procent van de loonsom tot €400.000 en 1,18 procent over het meerdere van de totale fiscale loonsom. De vrije ruimte mag niet overschreden worden, omdat over het bedrag dat daarnaast gedaan wordt, een eindheffing van 80 procent verschuldigd is. Deze eindheffing is een werkgeversheffing en kan niet achteraf worden verhaald op werknemers.
Kinderopvangorganisaties zijn doorgaans arbeidsintensief en hebben dus relatief veel vrije ruimte binnen de WKR. Het is echter belangrijk om deze regeling goed te begrijpen en te benutten. In de praktijk blijkt vaak dat organisaties niet voldoende kennis hebben van de WKR, wat kan leiden tot onvoldoende gebruik van de vrije ruimte of zelfs tot naheffingen. Een concreet advies is om op de factuur goed zichtbaar te maken wat de specifieke aard van de kosten is, om eventuele discussies met de Belastingdienst te voorkomen.
Kinderopvangorganisaties maken regelmatig gebruik van zzp’ers om tijdelijke of extra krachten in te zetten, bijvoorbeeld in het geval van personeelstekorten. De vraag of zzp’ers btw in rekening moeten brengen is vaak onduidelijk. Dit hangt af van de aard van de werkzaamheden en de rechtsbetrekking tussen de partijen. Werkzaamheden van zzp’ers die voldoen aan bepaalde eisen zijn in principe vrijgesteld van btw. De Belastingdienst neemt echter steeds vaker een andere visie aan, waarbij zzp’ers wel btw in rekening moeten brengen. Tadaah, een uitzendbureau voor pedagogisch professionals, meldt regelmatig contact met het ministerie over deze btw-interpretatie.
Het is daarom belangrijk dat zowel de kinderopvangorganisatie als de zzp’er duidelijk afspraken maken over de fiscale verwerking van de werkzaamheden. Het voorkomen van onduidelijkheid is essentieel om risico’s op naheffingen te beperken.
Een belangrijk aspect van de kinderopvangtoeslag is dat deze afhankelijk is van het uurtarief. Wanneer dit tarief verandert, moet dit op tijd aangemeld worden bij de Belastingdienst. Het aanpassen van het uurtarief kan op twee manieren: via de website van de Belastingdienst of via de app "Kinderopvangtoeslag".
Via de website volg je de volgende stappen: 1. Log in op de website van de Belastingdienst. 2. Klik op 'Wijzigingen doorgeven'. 3. Klik op de pijl naast 'Kinderen' en selecteer 'Er verandert iets in de kinderopvang'. 4. Vul de datum in vanaf wanneer de wijziging geldt. 5. Kies 'De gegevens van de huidige kinderopvang wijzigen'. 6. Selecteer 'Ja' per locatie waarvoor de wijziging geldt. 7. Vul het nieuwe uurtarief in en vink 'Nee' aan bij de vraag of je een einddatum wilt doorgeven. 8. Bevestig de wijziging.
Via de app is de procedure vergelijkbaar, maar sneller en handiger. Na het downloaden en inloggen in de app, kies je voor 'Wijzigen' onder 'Bekijk opvanggegevens'. Vervolgens selecteer je de optie 'Het aantal opvanguren of het uurtarief verandert' en voer je de nieuwe gegevens in.
Het is belangrijk om dit proces op tijd te doen, omdat veranderingen in het uurtarief bepalend zijn voor de hoogte van de kinderopvangtoeslag. Wanneer de Belastingdienst niet op de hoogte is van de wijziging, kan dit leiden tot een onjuiste berekening van de toeslag en eventueel naheffingen.
Naheffingen zijn een risico dat vaak niet voorop staat bij het plannen van de fiscale administratie, maar die toch ernstige gevolgen kunnen hebben. Onder andere bij de vennootschapsbelasting, loonbelasting en omzetbelasting kan het voorkomen dat aangiften niet correct zijn ingevuld of dat er sprake is van misinterpretatie van fiscale regels.
Een aantal maatregelen kan hier tegenwerken: - WKR-scan: Een WKR-scan kan helpen bij het beoordelen van of de organisatie de werkkostenregeling optimaal benut. - Duidelijke facturen: Het zetten van de aard van kosten op facturen kan helpen om eventuele discussies met de Belastingdienst te voorkomen. - Tijdige melding van investeringen: Bij het uitvoeren van duurzame investeringen, zoals energiebesparende bedrijfsmiddelen, is het belangrijk om tijdig een melding te doen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Dit is nodig om de energie-investeringsaftrek te kunnen benutten. - Overleg met de Belastingdienst: Wanneer er twijfels zijn over de fiscale verwerking van bepaalde activiteiten, is het verstandig om dit in te brengen met de Belastingdienst. Dit kan vaak voorkomen dat er later sprake is van naheffingen.
Het voorkomen van naheffingen is niet alleen een kwestie van administratieve nauwkeurigheid, maar ook van bewustwording van de fiscale regels en van het inzetten op goede communicatie met de Belastingdienst.
Het indienen van belastingaangiften en het aanpassen van gegevens bij de Belastingdienst zijn essentiële onderdelen van de administratie van kinderopvangorganisaties. Deze aangiften zijn van invloed op de kinderopvangtoeslag en kunnen leiden tot naheffingen wanneer ze niet correct worden ingevuld of verwerkt. Het is daarom belangrijk om duidelijk inzicht te hebben in de fiscale regels en deze goed te benutten. Belastingen zoals vennootschapsbelasting, loonbelasting en omzetbelasting vereisen aandacht, evenals het aanpassen van het uurtarief en het indienen van de juiste aangiften. Met goede voorbereiding en samenwerking met fiscale adviseurs en de Belastingdienst kunnen risico’s worden beperkt en de administratie efficiënter worden gemaakt.
Het is aan te raden om regelmatig de fiscale situatie te controleren en eventuele aangiften op tijd en correct in te vullen. Het gebruik van hulpmiddelen zoals de WKR-scan en duidelijke administratie zijn daarbij van groot belang. Door dit te doen, kunnen kinderopvangorganisaties zich focussen op hun kernactiviteiten: het zorgen voor een goede opvang en ontwikkeling van jonge kinderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet