De rol van de gemeente in de financiering van kinderopvang: een balans tussen ondersteuning en beheersbaarheid
juli 16, 2025
De opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang via de Leerweg Werken & Leren (BBL) biedt jongeren en zij-instromers een unieke kans om direct in de kinderopvangsector te werken en tegelijkertijd een opleiding af te ronden. Deze opleiding is gericht op het opbouwen van professionaleiseringskansen en het versterken van de kinderopvangsector. Voor werkgevers betekent het aanwerving van een BBL’er een investering in de toekomst van hun organisatie, terwijl het voor de student-medewerker een kans is om praktijkervaring op te doen in combinatie met theoretische kennis.
In dit artikel worden de essentiële aspecten van de BBL-opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang besproken. De focus ligt op de inhoud van de opleiding, de structuur van het werk-leren model, de voorwaarden voor starten, en de rollen van zowel de werkgever als de opleiding. De informatie is gebaseerd op de gegevens uit betrouwbare bronnen binnen de opleidingssector en de kinderopvangsector.
Inhoud van de opleiding
De BBL-opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang is een opleiding op MBO-niveau 3 of 4. De inhoud is praktijkgericht en richt zich op het omgaan met kinderen in de kinderopvangsector. Tijdens de opleiding leren studenten hoe ze kinderen van alle leeftijden, van baby’s tot kinderen van 13 jaar, kunnen verzorgen, begeleiden en ondersteunen in hun dagelijks leven en ontwikkeling.
Een belangrijk aspect van de opleiding is het leren observeren van kinderen. Door observatie worden kinderen gevolgd op hun gedrag, emotionele toestand en sociaal contact. Dit helpt bij het inschatten van hoe een kind zich voelt en of het goed functioneert binnen de groep. Daarnaast leren studenten hoe ze een veilige en prettige omgeving kunnen creëren, hoe ze activiteiten plannen en uitvoeren, en hoe ze met ouders en andere collega’s kunnen communiceren.
De opleiding biedt ook ruimte voor het leren van algemene vakken zoals Nederlands, rekenen en burgerschap. Daarnaast zijn er keuzedelen, die in sommige gevallen bepaald worden door het werkveld om de studenten beter voor te bereiden op de werkmarkt en op eventuele vervolgopleidingen.
Structuur van het werk-leren model
Het werk-leren model van de BBL-opleiding is zo opgebouwd dat studenten een deel van hun tijd in de praktijk doorbrengen en een deel in de theorie op school. Doorgaans brengen studenten ongeveer 75% van hun tijd in de praktijk door, waarbij ze werken in een erkend leerbedrijf. De resterende 25% bestaat uit schooltijd, waarin de theoretische kennis wordt verwerkt en ingezet in de praktijk.
Studenten werken minimaal 16 uur per week in een buitenschoolse opvang (BSO) of 24 uur per week in een kinderdagverblijf (KDV). Tijdens hun werk in het leerbedrijf worden ze begeleid door een werkbegeleider, die meestal een ervaren collega is. De samenwerking tussen opleiding en werkgever is essentieel om de studenten goed te ondersteunen in hun groei als pedagogisch medewerker.
De opleiding is flexibel en persoonlijk afgestemd. De duur van de opleiding kan variëren afhankelijk van de kennis en vaardigheden die een student al bezit. Het doel is om studenten tot het niveau van een startbekwaam pedagogisch professional te brengen.
Voorwaarden voor starten met de opleiding
Om aan de BBL-opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang te kunnen starten, is het verplicht dat een student een contract heeft bij een erkend leerbedrijf. Dit betekent dat de student zelf verantwoordelijk is voor het vinden van een werkplek waarin de opleiding kan worden afgerond. Alle erkende leerbedrijven voor de kinderopvangsector zijn te vinden via de website www.stagemarkt.nl.
Werkgevers die een BBL’er in dienst willen nemen, moeten zich aanmelden als leerwerkbedrijf bij de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Dit is een voorwaarde om te kunnen meewerken aan het opleidingsmodel. Voor werkgevers betekent het aanwerving van een BBL’er een investering in de toekomst van hun organisatie, omdat de student direct inzetbaar is en tegelijkertijd de leercultuur versterkt.
Er zijn ook juridische voorwaarden die gerespecteerd moeten worden. Zo moet de formatieve inzet van de BBL’er in overeenstemming zijn met de wettelijke regelgeving rondom het maximum aantal beroepskrachten in opleiding. Bovendien is het belangrijk dat de mate van inzetbaarheid van de student goed aansluit bij de fase van de opleiding en de verantwoordelijkheden die daarmee gepaard gaan.
Kosten en financiële aspecten
Er zijn verplichte kosten verbonden aan de BBL-opleiding. Deze kosten zijn jaarlijks en gelden voor studenten die op 1 augustus van het nieuwe schooljaar 18 jaar of ouder zijn. Voor het schooljaar 2024-2025 zijn de kosten als volgt:
- Ministerie (cursusgeld): € 735,-
- Leerjaar 1: € 195,-
- Leerjaar 2: € 10,-
Deze kosten zijn verplicht en moeten worden geregeld via de opleidingsinstelling. Het is belangrijk om deze financiële aspecten te overzien voordat men besluit om de opleiding te volgen.
Rol van de werkgever en de opleiding
De samenwerking tussen werkgever en opleiding is centraal in het BBL-model. De werkgever biedt een praktijkplek waarin de student-medewerker direct aan de slag kan. De opleiding zorgt voor de theorie en de begeleiding van de student in het opbouwen van vaardigheden. Het is een gezamenlijke inspanning om de student tot een professional te ontwikkelen.
Werkgevers worden aangemoedigd om contact te zoeken met de opleiding om de mate van inzetbaarheid van de student goed in beeld te krijgen. De opleiding heeft zicht op het opleidingsniveau van de student, terwijl de werkgever zicht heeft op de inzet in het werk. Het is belangrijk dat deze twee aspecten goed aansluiten om de groei van de student te ondersteunen.
Vervolgopleidingen en beroepsontwikkeling
Na afronding van de BBL-opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang is het mogelijk om door te stromen naar een vervolgopleiding op MBO-niveau 4. Deze opleiding biedt de kans om verder te groeien in het beroep en om zich verder te specialiseren in het werken met kinderen. Bovendien kan het leiden tot meer verantwoordelijkheden in de kinderopvangsector, zoals het functioneren als gespecialiseerd pedagogisch medewerker of zelfs als teamleider.
Daarnaast biedt de opleiding ook de mogelijkheid om zich te ontwikkelen als praktijkbegeleider. Werkgevers worden aangemoedigd om investeringen te doen in de beroepsontwikkeling van hun medewerkers, bijvoorbeeld via opleidingen of trainingen die gericht zijn op het begeleiden van BBL’ers.
Conclusie
De BBL-opleiding tot pedagogisch medewerker kinderopvang biedt jongeren en zij-instromers een kans om direct in de kinderopvangsector te werken en te leren. Voor werkgevers betekent het een investering in de toekomst van hun organisatie en in de sector. De opleiding is praktijkgericht, persoonlijk afgestemd en biedt ruimte voor beroepsontwikkeling. De samenwerking tussen opleiding en werkgever is essentieel om de groei van de student te ondersteunen en om ervoor te zorgen dat de student tot een startbekwaam pedagogisch professional kan worden opgeleid.
De BBL-opleiding is een waardevolle aanvulling op de kinderopvangsector en draagt bij aan het oplossen van personeelstekorten. Het combineren van werken en leren zorgt voor een solide basis voor jongeren die een carrière in de kinderopvang willen opbouwen.
Vorige week een nieuwe gevel bij de BSO gekregen. Nieuwe kozijnen, nieuw glas en deur.
