Opleiding tot kinderbegeleider: een weg naar een betrokken rol in de jeugd
juli 12, 2025
In de onderwijspraktijk is het van belang dat leerlingen actief deel kunnen nemen aan de lessen lichamelijke opvoeding (LO), aangezien dit een belangrijk onderdeel is van het onderwijs. Voor leerlingen die tijdelijk niet in staat zijn om aan de reguliere LO-les te deelnemen, zoals door een blessure, zijn er alternatieven beschikbaar. Deze worden vervangende opdrachten genoemd. Deze opdrachten vormen een manier om de leerling te laten laten zien dat hij of zij kennis heeft opgedaan over sport, spelregels, blessures of trainingsleer. Dit artikel bespreekt de regels, procedures en praktische toepassing van vervangende opdrachten in het kader van lichamelijke opvoeding.
Vervangende opdrachten zijn een alternatief voor leerlingen die tijdelijk niet kunnen deelnemen aan de reguliere LO-les. Ze worden vaak gebruikt wanneer een leerling een kortstondige of langdurige blessure heeft opgelopen. De opdracht moet worden gemaakt in overleg met de LO-docent en dient om aan te tonen dat de leerling kennis heeft opgedaan over een bepaalde sport of onderwerpen die hieraan gerelateerd zijn, zoals spelregels, blessures of trainingsleer. De leerling moet deze opdracht afmaken en inleveren bij de LO-docent.
In het lesmateriaal van de RSG Ter Apel staat dat een vervangende opdracht een aantal stappen bevat, waaronder het beantwoorden van vragen, het zoeken van informatie of het maken van opdrachten. Het eindproduct moet worden afgerond met een overzichtelijke en duidelijke uitwerking. De leerling moet hierin laten zien dat hij of zij kennis heeft opgedaan over een bepaalde sport of onderwerp dat nauw verbonden is met de LO-les.
Voor leerlingen met een kortstondige blessure is het belangrijk dat zij aanwezig zijn bij de LO-les en dat zij een lesverslag maken. Voor leerlingen met een langdurige blessure kan er met een (medische) onderbouwing een tijdelijke vrijstelling worden aangevraagd bij de teamleider. Als deze vrijstelling wordt verleend, hoeft de leerling voor een vast te stellen periode niet in de LO-les aanwezig te zijn, maar moet hij of zij wel op school zijn. Tijdens de LO-les moet de leerling zich aanmelden bij de vakdocent en werkt hij of zij in de mediatheek. De LO-docent kan de leerling een vervangende opdracht geven.
In klas 5 en 6 is LO een onderdeel van het SE (schoolexamen). Leerlingen krijgen dan een beoordeling voor drie PO’s (praktijkopdrachten), drie fitnessopdrachten en het organiseren en begeleiden van de sportdag. Deze onderdelen moeten minimaal met een V worden afgesloten. Een leerling kan pas naar klas 6 bevorderd worden als hij of zij aan de opdrachten heeft voldaan. Als een leerling niet kan deelnemen aan een onderdeel, wordt er in overleg met de docent een vervangende opdracht gemaakt.
In de praktijk wordt een vervangende opdracht meestal opgezet door de LO-docent. De leerling moet dan in overleg met de docent een onderwerp kiezen dat verband houdt met sport, zoals spelregels, blessures of trainingsleer. De opdracht moet worden gemaakt en ingeleverd bij de docent. De opdracht moet overzichtelijk zijn en duidelijk laten zien wat de leerling heeft geleerd.
In sommige gevallen kan een leerling die door een lichamelijke handicap niet kan meedoen aan de gymlessen, in uitzonderlijke gevallen een ontheffing krijgen voor het vak lichamelijke opvoeding. In dat geval hoeft de leerling geen vervangend vak te volgen. De school beslist over de ontheffing en meldt deze aan de Inspectie van het Onderwijs.
Vervangende opdrachten zijn belangrijk omdat ze ervoor zorgen dat leerlingen die tijdelijk niet kunnen deelnemen aan de reguliere LO-les toch de kans krijgen om kennis op te doen over sport, spelregels, blessures of trainingsleer. Ze vormen een alternatief dat zorgt voor een continue leerontwikkeling. Ook is het belangrijk dat leerlingen die een blessure hebben opgelopen, toch kunnen deelnemen aan het onderwijs en hun kansen op een goede toekomst niet verliezen.
Vervangende opdrachten zijn een belangrijk onderdeel van het onderwijs voor leerlingen die tijdelijk niet kunnen deelnemen aan de reguliere LO-les. Ze vormen een alternatief dat zorgt voor een continue leerontwikkeling. De opdracht moet worden gemaakt in overleg met de LO-docent en dient om aan te tonen dat de leerling kennis heeft opgedaan over een bepaalde sport of onderwerp. Het is belangrijk dat de leerling in staat is om deze opdracht af te ronden en in te leveren bij de LO-docent. De school moet zorgen voor een goede uitvoering van deze opdrachten, zodat de leerling toch kan deelnemen aan het onderwijs en zijn kansen op een goede toekomst niet verliest.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet