Opleiding tot kinderbegeleider: een weg naar een betrokken rol in de jeugd
juli 12, 2025
De invloed van opvoeding op het DNA van kinderen is een onderwerp dat steeds meer aandacht krijgt in de wetenschap. Uit onderzoek blijkt dat de omgeving waarin een kind opgroeit, niet alleen de gedragsontwikkeling beïnvloedt, maar ook de manier waarop genen tot uiting komen. Dit fenomeen wordt epigenetica genoemd, waarbij chemische veranderingen in het DNA de expressie van bepaalde genen beïnvloeden zonder de genetische code zelf te veranderen. In dit artikel wordt uitgelegd hoe opvoeding en omgeving het DNA van kinderen kunnen beïnvloeden, en wat dit betekent voor de gezondheid en ontwikkeling van kinderen.
Een onderzoek van het Nederlands Tweelingen Register van de Vrije Universiteit Amsterdam laat zien dat de cognitieve en niet-cognitieve vaardigheden van ouders van invloed zijn op de onderwijsresultaten van kinderen. De onderzoekers onderzochten onderwijsgegevens en genetische gegevens van meer dan 40.000 kinderen in het VK en Nederland. Ze keken naar genen die verband houden met cognitieve vaardigheden en niet-cognitieve vaardigheden, zoals academische motivatie, sociale vaardigheden, leerstrategieën en doorzettingsvermogen. Zij ontdekten dat deze genen de leerresultaten van kinderen niet alleen direct via genetische transmissie van ouder naar kind, maar ook indirect via de ouderlijke omgeving beïnvloeden.
De onderzoekers benadrukken dat zowel het directe transmissie-effect als het indirecte omgevingseffect in de analyses zijn opgenomen. Dit betekent dat ouders hun kinderen beïnvloeden door de omgeving die ze creëeren. De effecten werden voor zowel cognitieve als niet-cognitieve vaardigheden gevonden. Beide sets van genen kunnen, als ze niet worden doorgegeven aan het nageslacht, nog steeds invloed zijn op het onderwijssucces van kinderen. Dit staat bekend als een indirect genetisch ouder-effect of genetische opvoeding.
Uit onderzoek blijkt dat negatieve ervaringen in de jeugd chemische veranderingen in het DNA kunnen veroorzaken. Deze veranderingen worden epigenetisch genoemd en kunnen tijdelijk zijn, maar ook een permanent litteken achterlaten. In dit geval wordt bij elke volgende celdelingen de verandering opnieuw gekopieerd. Onderzoek van onder andere de Harvard Universiteit heeft laten zien dat negatieve invloeden in sommige gevallen te herstellen zijn, maar ze onderstrepen het belang van een gezonde veilige start om zo sterke gezonde hersenen te kunnen bouwen vanaf het begin.
Een ander onderzoek, gepubliceerd in Molecular Psychiatry, toont aan dat genetische eigenschappen van ouders – vooral moeders – de ontwikkeling van het DNA van hun kinderen beïnvloeden, zonder dat deze eigenschappen direct worden overgeërfd. Dit gebeurt via genetische nurturing, waarbij de omgeving van het kind de manier waarop het DNA tot uiting komt, beïnvloedt. Wetenschappers van de Vrije Universiteit Amsterdam ontdekten dat DNA van kinderen op specifieke plekken chemisch wordt aangepast (DNA-methylatie), gerelateerd aan de genetische kenmerpen van hun ouders. De studie toont aan dat over het algemeen moederlijke invloeden op het DNA-methylatieproces sterker waren dan die van vaders, vooral in verband met schizofrenie.
Positieve ervaringen kunnen het DNA van een kind in positieve zin veranderen. Belangrijke positieve ervaringen zijn bijvoorbeeld ondersteunende relaties, voldoende lichaamsbeweging en kansen om te leren. Juist jonge breinletjes zijn extra gevoelig voor epigenetische veranderingen. De ervaringen van het brein aan het absolute begin van het leven zijn zeer gevoelig voor ervaringen van buitenaf. Het is daarom belangrijk dat vrouwen tijdens de zwangerschap voldoende bewegen, gezond eten en weinig stress ervaren. Maar ook na de geboorte gaat de ontwikkeling erg snel en zijn de positieve steunende omgeving cruciaal voor het optimaal tot bloei kunnen komen van de mooie genen die het kind van de ouders heeft meegekregen.
De opvoeding van een kind speelt een cruciale rol bij het ontwikkelen van de juiste genexpressie. Creëer een uitdagende omgeving voor je kind, zodat het zich optimaal kan ontwikkelen. De lessen van Monkey Moves doen ons best om een optimale leeromgeving te creëren. Onze kleine groepjes zorgen ervoor dat kinderen de persoonlijke aandacht krijgen die ze nodig hebben. De docent creëert een veilige omgeving om vrij leren mogelijk te maken en hij differentieert in de lesstof waar hij kan. Ook het parcours binnen de Monkey Moves lessen helpt om kinderen de uitdaging te laten kiezen die voor hen op dat moment past.
De studie benadrukt de cruciale rol van ouderlijke invloeden, vooral van moeders, op de biologie van kinderen. Het onderzoek biedt nieuwe inzichten in hoe genetica en omgeving samen de gezondheid en ontwikkeling van kinderen beïnvloeden. De invloed van de moeder is sterker dan die van de vader, vooral in verband met bepaalde aandoeningen zoals schizofrenie. Sommige veranderingen in het DNA-methylatieproces beïnvloeden genen die belangrijk zijn voor hersenontwikkeling en het immuunsysteem, wat mogelijk verband houdt met psychische aandoeningen.
Toxische stress en het gebruik van chemicaliën kunnen negatieve invloeden hebben op de genen van een kind. Dit kan leiden tot epigenetische veranderingen die tijdelijk zijn, maar ook een permanent litteken kunnen achterlaten. In dit geval wordt bij elke volgende celdelingen de verandering opnieuw gekopieerd. Onderzoek heeft laten zien dat negatieve invloeden in sommige gevallen te herstellen zijn, maar het is belangrijk om vanaf het begin een gezonde veilige start te bieden.
Opvoedingsinterventies kunnen sporen nalaten in het DNA van kinderen. Uit onderzoek blijkt dat verwaarlozing, mishandeling of misbruik in de jeugd op DNA-niveau hun sporen nalaat. Een psychosociaal interventieprogramma gericht op moeders die neergekomen zijn naar het verwaarlozen of mishandelen van hun kinderen, heeft geholpen met opvoedingsondersteuning. Bovendien zien de onderzoekers de effecten van opvoedingsinterventies terug in het DNA-methyleringspatroon binnen het genoom.
Een langlopend onderzoek namen 400 moeders en 190 kinderen deel. Deze mensen waren afkomstig uit de lagere sociaal-economische klassen. In 1977 werden de moeders van deze kinderen, die toen voor de eerste keer zwanger waren, onderverdeeld in twee groepen. Ongeveer de ene helft van de groep zwangere vrouwen ontving kosteloze gezondheidsevaluaties betreffende de ontwikkeling van het op dat moment nog ongeboren kind. Ook werd het transport van en naar de kliniek voor deze vrouwen vergoed.
Kinderen die een heel strenge, hardvochtige opvoeding hebben gehad, lopen meer risico op een depressie. Het verandert de manier waarop hun lichaam het DNA ‘leest’. Deze veranderingen kunnen vast komen te liggen in het DNA van deze kinderen. Er bestaan aanwijzingen dat hun biologische risico op depressie later in het leven daardoor kan toenemen. Dr. Evelien Van Assche, die haar studie presenteerde op een congres in Wenen, zegt daarover tegen Scientias.nl: “We toonden aan dat een hardvochtige opvoeding, met fysieke straffen en psychische manipulatie, een extra set instructies van hoe een gen wordt gelezen, kan vastleggen in het DNA. We hebben indicaties dat deze veranderingen het opgroeiende kind vatbaarder maken voor depressie. Als kinderen een ondersteunende opvoeding hebben gehad, ziet deze set instructies er anders uit.”
De invloed van opvoeding op het DNA van kinderen is een complex onderwerp dat steeds meer aandacht krijgt in de wetenschap. Uit onderzoek blijkt dat de omgeving waarin een kind opgroeit, niet alleen de gedragsontwikkeling beïnvloedt, maar ook de manier waarop genen tot uiting komen. Dit fenomeen wordt epigenetica genoemd, waarbij chemische veranderingen in het DNA de expressie van bepaalde genen beïnvloeden zonder de genetische code zelf te veranderen. De invloed van de ouderlijke omgeving, de rol van de moeder, de impact van stress en toxiciteit, en de invloed van een strenge opvoeding zijn belangrijke factoren die het DNA van kinderen beïnvloeden. Het is belangrijk om een gezonde, ondersteunende omgeving te bieden aan kinderen om hun optimale ontwikkeling te bevorderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet