Opleiding tot kinderbegeleider: een weg naar een betrokken rol in de jeugd
juli 12, 2025
De muzikale opvoeding speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van kinderen, zowel op het gebied van muziekvaardigheden als op het gebied van culturele en artistieke vorming. In het secundair onderwijs worden de eindtermen voor muzikale opvoeding vaak geformuleerd binnen het kader van de vakoverschrijdende eindtermen (VOET). Deze VOET zijn gericht op het ontwikkelen van algemene competenties die niet beperkt zijn tot één vak, maar zich uitstrekken over meerdere leerplannen. In dit artikel wordt ingegaan op de inhoud van de vakoverschrijdende eindtermen in de muzikale opvoeding, de rol van de leerkracht, en de uitdagingen die hierbij kunnen optreden.
De vakoverschrijdende eindtermen (VOET) zijn gedefinieerd als leerdoelen die niet beperkt zijn tot één vak, maar zich richten op het ontwikkelen van competenties die zowel in de muzikale opvoeding als in andere leerplannen kunnen worden toegepast. Deze eindtermen zijn gericht op cultureel bewustzijn, expressie, en het vermogen om te communiceren en te reflecteren op kunst en cultuur.
In de bronnen wordt duidelijk gemaakt dat de VOET vooral gekoppeld zijn aan beeld, muziek, en artistieke vorming. Bijvoorbeeld, in de bron [4] staat dat de eindtermen van de 16de sleutelcompetentie ‘Cultureel bewustzijn en culturele expressie’ vooral gekoppeld zijn aan beeld, muziek, en artistieke vorming. Dit duidt erop dat de muzikale opvoeding niet alleen gericht is op het leren spelen en zingen, maar ook op het ontwikkelen van een brede culturele en artistieke bewustzijn.
De muzikale opvoeding moet daardoor niet alleen gericht zijn op technische vaardigheden, maar ook op het leren omgaan met culturele en artistieke inhouden. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door leerlingen te laten werken aan projecten die meerdere artistieke vormen combineren, zoals beeld, dans, drama, media, muziek, en woord/drama. In bron [4] wordt uitgelegd dat leerlingen in aanraking komen met verschillende artistieke vormen en dat ze kunnen leren om te combineren, te beïnvloeden, en te verrijken met elkaar.
De leerkracht speelt een centrale rol in de muzikale opvoeding. In bron [1] wordt uitgelegd dat de leerkracht muzikale opvoeding moet kunnen begeleiden en dat hij/zij moet kunnen werken met diverse lesmodellen, leerplanstudie, en praktijkvoorbeelden. De leerkracht moet in staat zijn om leerprocessen te begeleiden, doelstellingen te kiezen, en leerinhouden te selecteren. Ook moet de leerkracht in staat zijn om een positief klasklimaat te creëren, emancipatie van leerlingen te bevorderen, en te werken aan het bevorderen van het geestelijke welzijn van leerlingen via muziek.
In bron [1] staat ook dat de leerkracht moet kunnen werken met vakoverschrijdende initiatieven, zoals het combineren van muzikale opvoeding met andere vakken. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door leerlingen te laten werken aan projecten waarin ze muziek kunnen combineren met taal, geschiedenis, of andere vakken. Dit helpt om een brede culturele en artistieke vorming te bevorderen.
Bij de uitvoering van de muzikale opvoeding zijn er ook onderwijsondersteunende maatregelen nodig. In bron [1] wordt uitgelegd dat de leerkracht aandacht moet hebben voor de heterogeniteit binnen de leergroep en dat er krachtige leeromgevingen gerealiseerd moeten worden. Dit duidt erop dat de muzikale opvoeding niet alleen gericht is op de leerlingen met een sterke muziekachtergrond, maar ook op leerlingen die minder ervaring hebben met muziek.
In bron [7] wordt opgemerkt dat er in het secundair onderwijs sprake is van een teruglopende aandacht voor kunst, expressie, en culturele vakken. Dit betekent dat de muzikale opvoeding in de toekomst mogelijk minder ruimte zal krijgen in het leerplan. In deze context is het belangrijk dat leerkrachten en ouders zich bewust zijn van de waarde van muzikale opvoeding en deze op een manier proberen te bevorderen die past bij de huidige leerplannen.
Een voorbeeld van hoe de muzikale opvoeding kan worden toegepast, is het werken met meerdere artistieke vormen. In bron [4] wordt uitgelegd dat leerlingen kunnen werken aan projecten waarin ze verschillende artistieke vormen combineren. Bijvoorbeeld, een les waarin leerlingen een thema kiezen, zoals “samenwerking”, en hier vervolgens kunst, muziek, en drama in een project omvormen. Dit helpt leerlingen om een brede culturele en artistieke vorming te ontwikkelen.
In bron [3] wordt uitgelegd dat leerlingen bijvoorbeeld kunnen leren omgaan met verschillende muziekgenres, en dat ze kunnen leren omgaan met muziek in verschillende culturele contexten. Dit is belangrijk voor het ontwikkelen van een brede culturele bewustzijn en het leren omgaan met diversiteit.
De evaluatie van de muzikale opvoeding is een belangrijk onderdeel van het leerproces. In bron [1] wordt uitgelegd dat de studenten een examencijfer krijgen op basis van permanente evaluatie en een schriftelijke opdracht. Dit duidt erop dat de muzikale opvoeding niet alleen gericht is op het leren spelen en zingen, maar ook op het leren reflecteren op het eigen werk en het werk van anderen.
In bron [3] staat ook dat leerlingen leren om kritisch op te treden ten opzichte van hun eigen werk en het werk van anderen. Dit is belangrijk voor het ontwikkelen van een kritische houding en het leren omgaan met feedback.
De muzikale opvoeding speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van kinderen. Door de vakoverschrijdende eindtermen te combineren met andere leerplannen, kan de muzikale opvoeding worden uitgebreid en verrijkt. De rol van de leerkracht is hierbij belangrijk, aangezien deze moet kunnen werken met diverse lesmodellen, leerplanstudie, en praktijkvoorbeelden. Daarnaast is het belangrijk om te beseffen dat de muzikale opvoeding in de toekomst mogelijk minder ruimte zal krijgen in het leerplan. Het is daarom belangrijk dat ouders en leerkrachten zich bewust zijn van de waarde van muzikale opvoeding en deze op een manier proberen te bevorderen die past bij de huidige leerplannen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet