Uitzending Gemist: Opvoedingsstrategieën en mediagebruik in het programma De Opvoeders
juli 11, 2025
Opvoedingsondersteuning speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van kinderen en de ondersteuning van ouders bij hun opvoedingsopgaven. Het is een vorm van ondersteuning die gericht is op het verbeteren van de opvoedingssituatie van kinderen, waarvoor ouders en (andere) opvoeders verantwoordelijk zijn. In de praktijk van de jeugdgezondheidszorg (JGZ) en het Centraal Jeugdwerk (CJG) richt opvoedingsondersteuning zich op dagelijkse opvoedingsvragen en de basale opvoedingsvaardigheden van ouders. Het is een vorm van ondersteuning die gericht is op het helpen bij het vervullen van opvoedingstaken en het ondersteunen van ouders in hun rol als opvoeder. In dit artikel wordt uitgelegd wat opvoedingsondersteuning is, welke functies het heeft en hoe het in de praktijk wordt toegepast.
Opvoedingsondersteuning is een verzamelterm voor alle vormen van ondersteuning die ouders en opvoeders kunnen krijgen bij hun opvoedingsopgaven. Het begrip is in het begin van de jaren tachtig van de vorige eeuw naar voren gekomen, als eerste in het Spel- en Opvoedwinkelproject van de toenmalige Stichting Spel- en Opvoedingsvoorlichting (S&O). In de richtlijn van de JGZ wordt opvoedingsondersteuning omschreven als het ondersteunen van vaders en moeders bij de opvoeding om een optimale ontwikkeling van kinderen te bevorderen. Het is een verkorte vorm van de omschrijving van opvoedingsondersteuning uit de Jeugdthesaurus: “Opvoedingsondersteuning is voorlichting, advies en hulp aan ouders en opvoeders bij opvoedingsvragen en -problemen ter voorkoming van problemen in de opvoeding en/of ontwikkeling van kinderen of om deze problemen op te lossen en ter versterking van de draagkracht en competenties van ouders en opvoeders.”
In de praktijk houdt opvoedingsondersteuning zich bezig met het geven van informatie en voorlichting over de ontwikkeling en opvoeding van kinderen, het bieden van pedagogische advisering en lichte pedagogische hulp, het signaleren van opvoedproblemen, het vroegtijdig onderkennen hiervan en het verwijzen. Ook wordt praktische en instrumentele steun geboden aan ouders bij de opvoeding, het versterken van mogelijkheid tot zelfhulp, het versterken van het sociale netwerk van kinderen en ouders, en het bevorderen van een stimulerende pedagogische en fysieke omgeving.
De functies van opvoedingsondersteuning in de JGZ zijn:
In de praktijk van JGZ- en andere CJG-professionals houdt dat vooral in: ouders laten praten, samen verkennen en gerichte feedback geven als ouders willen praten over de opvoeding. Dit kan ouders steunen bij hun leerproces op het terrein van het ouderschap. Bovendien kan daar (vroeg)signalering van opvoedingsvragen of -problemen uit voortkomen.
De opvoeding is een proces waarin de ouderlijke verantwoordelijkheid en zorg geleidelijk afnemen, met als uiteindelijk resultaat een jeugdige volwassene die zelfregulerend en zelfstandig kan functioneren. Opvoeding is een specifieke vorm van interactie tussen ouders en kinderen, waarbij gewoonten, vaardigheden en inzichten worden overgedragen die het kind in staat stellen een eigen identiteit te ontwikkelen en adequaat te functioneren in de maatschappij. Hoe die interactie of opvoeding eruit moet zien is een belangrijk punt van discussie. Het gaat dan om de kwaliteit van de relatie tussen ouders en kinderen en de manier waarop ouders hun kind sturen en beïnvloeden.
De opvoeding is een dynamisch proces dat kan variëren per dag en per moment. De manier waarop ouders opvoeden, varieert in de mate waarin zij controle uitoefenen en hun kinderen emotioneel en affectief ondersteunen. Op grond daarvan zijn vier opvoedingsstijlen te onderscheiden. De democratische opvoedingsstijl lijkt het meest wenselijk voor het aanleren van een gezonde leefstijl. Deze opvoeding wordt gekarakteriseerd door een hoge mate van ouderlijke verzorging, betrokkenheid, gevoeligheid, overleg op basis van redeneren, controle en stimulering van de autonomie van jongeren. Deze opvoedstijl leidt tot competente, onafhankelijke kinderen met een hoog gevoel van eigenwaarde en een hoog ontwikkeld gevoel van sociale verantwoordelijkheid.
In de opvoeding kunnen factoren zijn die de opvoeding kunnen bedreigen; deze kunnen hun oorsprong vinden in het kind zelf, de ouder(s) of de omgeving. Dergelijke factoren (risico-factoren) maken het leven complex en vragen derhalve extra energie om de opvoeding toch op het goede spoor te houden. Factoren in het kind, de ouder(s) of de omgeving die de opvoeding daarentegen goed laten verlopen, zijn beschermende (protectieve) factoren. Het balansmodel brengt de beschermende en de risicofactoren in kaart.
Er zijn meerdere factoren die de manier van opvoeden bepalen. Hoe de ouder en het kind zich op een bepaald moment voelen heeft invloed, evenals de situatie. Opvoeding is dynamisch en kan van dag tot dag verschillen, en zelfs van moment tot moment. Hoewel sommige ouders hoger scoren op overbeschermend opvoeden dan anderen, kunnen ook zij wel eens matig overbeschermend zijn. Overbeschermend opvoeden hangt samen met meer internaliserend en externaliserend probleemgedrag, ongeacht de leeftijd van het kind. Dat kan zich uiten in faalangstig en teruggetrokken gedrag of pesten en agressie tonen.
In de praktijk van JGZ- en andere CJG-professionals houdt opvoedingsondersteuning zich bezig met het geven van informatie en voorlichting over de ontwikkeling en opvoeding van kinderen, het bieden van pedagogische advisering en lichte pedagogische hulp, het signaleren van opvoedproblemen, het vroegtijdig onderkennen hiervan en het verwijzen. Ook wordt praktische en instrumentele steun geboden aan ouders bij de opvoeding, het versterken van mogelijkheid tot zelfhulp, het versterken van het sociale netwerk van kinderen en ouders, en het bevorderen van een stimulerende pedagogische en fysieke omgeving.
De verantwoordelijkheid voor het lokale preventieve jeugdbeleid en voor maatschappelijke ondersteuning is bij de gemeenten gelegd. Dat geldt ook voor de uitvoering van het Basis-takenpakket Jeugdgezondheidszorg vanuit de Wet publieke gezondheid. Daarin komt opvoeden aan de orde bij de algemene anamnese (U1.1.5) van onder meer slapen en slaapgedrag, eten en eetgedrag, spelen, zich vermaken; het inschatten van de zorgbehoefte (U2.1.2), waaronder het inschatten van de behoefte aan advies en voorlichting bij het opvoeden; voorlichting, advies, instructie en begeleiding (M4.1.1); en het beïnvloeden van gezondheidsbedreigingen (M5.1.1.).
Opvoedingsondersteuning vanuit de jeugdgezondheidszorg (JGZ) en het CJG richt zich op dagelijkse opvoedingsvragen en de basale opvoedingsvaardigheden van ouders, te beginnen bij aanstaande ouders en doorlopend tot de ouders van pubers en adolescenten. Daarnaast richt opvoedingsondersteuning zich ook op het signaleren van zorgwekkende opvoedingssituaties. Uiteindelijk doel is ouders te ondersteunen bij ‘het gewone opvoeden’, beginnende problemen te signaleren en te interveniëren.
De opvoeding van kinderen verandert naarmate de kinderen ouder worden. In de verschillende levensfase zijn er verschillende opvoedingsopgaven. Bijvoorbeeld bij het kind in de baby- en peutersleeftijd is het belangrijk om een veilige omgeving te bieden, emotionele basis te geven en regels in te voeren. Bij schoolkinderen is het belangrijk om positieve stimulansen te geven, omgang met leeftijdgenoten te bevorderen en sociaal gedrag te stimuleren. Bij de puber is het belangrijk om een beetje tolerantie voor experimenten te tonen, emotionele steun te bieden en leeftijdsadequate grenzen te stellen.
Sociale steun is een belangrijke, informele vorm van opvoedingsondersteuning. Alle ouders hebben weleens vragen of zorgen over de opvoeding van hun kinderen. Meestal biedt een gesprek met andere ouders, vrienden of familie voldoende uitkomst. Migrantenouders hebben soms minder sociale steun doordat familie en vrienden in het land van herkomst wonen. Een grote groep ouders wil met professionals praten over dingen die hen bezighouden in de opvoeding zonder dat ze een expliciete vraag hebben. Aangezien veel ouders (soms) behoefte hebben aan steun, sommige kinderen begeleiding behoeven en het grootbrengen van kinderen een maatschappelijke taak is, dient er naast de informele steun voor alle ouders formele opvoedingsondersteuning beschikbaar te zijn: een luisterend oor of een goed gesprek, informatie over opvoeden, oudercursussen, pedagogisch advies en pedagogische hulp, maar ook een stimulerende pedagogische omgeving.
Opvoedingsondersteuning is een cruciale vorm van ondersteuning die gericht is op het verbeteren van de opvoedingssituatie van kinderen, waarvoor ouders en (andere) opvoeders verantwoordelijk zijn. Het is een vorm van ondersteuning die gericht is op het helpen bij het vervullen van opvoedingstaken en het ondersteunen van ouders in hun rol als opvoeder. In de praktijk van JGZ- en andere CJG-professionals houdt opvoedingsondersteuning zich bezig met het geven van informatie en voorlichting over de ontwikkeling en opvoeding van kinderen, het bieden van pedagogische advisering en lichte pedagogische hulp, het signaleren van opvoedproblemen, het vroegtijdig onderkennen hiervan en het verwijzen. Ook wordt praktische en instrumentele steun geboden aan ouders bij de opvoeding, het versterken van mogelijkheid tot zelfhulp, het versterken van het sociale netwerk van kinderen en ouders, en het bevorderen van een stimulerende pedagogische en fysieke omgeving. Sociale steun is een belangrijke, informele vorm van opvoedingsondersteuning, die helpt bij het oplossen van vragen en zorgen over de opvoeding van kinderen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet