Strikte Baptistenopvoeding: Ethische, Theologische en Praktische Overwegingen
juli 11, 2025
De seksuele ontwikkeling van kinderen begint al vanaf hun geboorte en verloopt geleidelijk en natuurlijk. In de leeftijdsgroep van 0 tot 6 jaar ontwikkelen kinderen hun lichaam, leren ze hun eigen lichaam kennen en ontdekken ze hun genderidentiteit. Het is belangrijk dat ouders en opvoeders hierbij helpen door de ontwikkeling van hun kind te ondersteunen en te begeleiden. In dit artikel wordt ingegaan op de seksuele ontwikkeling van kinderen in deze leeftijdsgroep, de rol van ouders en opvoeders, en de aanbevelingen van deskundigen. De informatie is gebaseerd op de bronnen die in de lijst zijn vermeld.
In de eerste levensjaren groeit en ontwikkelt een kind snel, zowel lichamelijk als sociaal-emotioneel. Op peuterleeftijd ontdekt een kind dat het een eigen individu is met een eigen wil. De basis van een gezond lichaams- en zelfbeeld wordt gelegd in een veilige gehechtheidsrelatie tussen ouder en kind. In het eerste levensjaar komt de gehechtheidsrelatie tot stand door allerlei dagelijkse interacties. De ouder reageert op huilen en lachen, geeft het kind te eten, doet het in bad, troost of kalmeert het, verschoont luiers, en speelt met het kind. Vooral de manier waarop de ouder diens reacties afstemt op de signalen van het kind is bepalend voor een veilige relatie.
Kinderen vanaf 15 maanden kunnen seksuele responsen vertonen, zoals blozen, zweten en een verhoogde ademhaling. Jongetjes kunnen een erectie krijgen; hier zijn geen volwassen seksuele gevoelens aan gekoppeld. Vanaf 4 jaar kunnen kinderen gevoelens van verliefdheid omschrijven. Het aanraken van eigen geslachtsgedeelten is veelvoorkomend en hoort bij een gezonde seksuele ontwikkeling. Het is belangrijk dat ouders dit gedrag niet afstraffen, maar het wel begeleiden en uitleggen. Kinderen leren zo hun lichaam te ontdekken en te leren wat ze prettig of onprettig vinden.
Seksueel spel tussen kinderen onderling heet ook wel seksueel spel. Dit komt voor vanaf ongeveer 2 jaar. Een bekend voorbeeld is doktertje spelen. Vanaf de leeftijd van ongeveer 4 jaar speelt dit spel zich vaker buiten het gezichtsveld van volwassenen af. Over het algemeen draagt seksueel spel tussen kinderen bij aan een gezonde genderidentiteitsontwikkeling, de ontwikkeling van een gezond lichaamsbeeld en lichaamsbesef. Tongzoenen, het imiteren van geslachtsgemeenschap en het met de mond aanraken van andermans geslachtsdelen wordt onder jonge kinderen niet vaak geobserveerd, maar dit gedrag hoeft niet schadelijk te zijn.
Het aanraken van eigen geslachtsdelen komt vaak voor bij pasgeboren jongens en meisjes en is soms al zichtbaar in de baarmoeder. Tot 6 jaar komt het thuis aanraken van geslachtsdelen bij 97% van de jongens en 96% van de meisjes voor. Het aanraken van de eigen geslachtsdelen onder 0- tot 6-jarigen behoort tot een gezonde seksuele ontwikkeling en is niet schadelijk voor het kind. Ouders kunnen hun kinderen vanaf ongeveer 2- à 3-jarige leeftijd leren dat het laten zien van de eigen geslachtsdelen aan anderen niet in elke situatie wenselijk of acceptabel is.
Over de confrontatie met seksuele beelden en beelden van seksuele opwinding is onder jonge kinderen (0 tot 6 jaar) nog weinig bekend. De verwachting is echter dat peuters en kleuters seksueel getinte beelden anders interpreteren dan volwassen, omdat ze nog geen duidelijk referentiekader gevormd hebben over seksualiteit en seksuele opwinding. Verwacht wordt dat jonge kinderen seksuele opwinding of seksueel getinte beelden als ruzie of agressie interpreteren. Ouders kunnen hierin een opvoedende rol spelen, door het kind een kader te bieden en uit te leggen wat het gezien heeft. Dit helpt om onnodige angstgevoelens te voorkomen.
Ouders kunnen het gedrag van hun kind begeleiden door het te benoemen, te begrenzen en uit te leggen waarom ze begrenzen. Seksueel spel dient begrensd of afgeleerd te worden als er sprake is van groepsdruk, het spel een ander of het kind zelf pijn doet, en/of het seksuele spel niet met wederzijdse instemming plaatsvindt. Ook worden machtsmisbruik en ongelijkwaardigheid genoemd als criteria. Vormen van ongelijkwaardigheid zijn bijvoorbeeld verschil in leeftijd, lichaamsgrootte of lengte, of verschil in intelligentie.
De JGZ-professional dient ouders zo nodig te vertellen dat het aanraken van de eigen geslachtsdelen vaak voorkomt en niet schadelijk is voor de ontwikkeling van een kind. Jonge kinderen ontdekken hun lichaam en dus ook hun geslachtsdelen. Ze leren zo spelenderwijs hun eigen lichaamsdelen kennen en ervaren ze wat zij prettig en niet prettig vinden. De JGZ-professional kan ouders handvatten geven voor seksuele opvoeding. Deze handvatten bevatten informatie over hoe ouders hun kind kunnen begeleiden en ondersteunen bij de seksuele ontwikkeling.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet