Wat Verdien je als Pedagogisch Medewerker in de Kinderopvang?
mei 24, 2025
De kinderopvang speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van kinderen en ondersteunt werkende ouders. Pedagogisch medewerkers zijn het fundament van deze sector, en hun taalvaardigheden zijn van onschatbare waarde voor het waarborgen van pedagogische kwaliteit. Per 1 januari 2025 is een nieuwe taaleis ingevoerd voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang, gericht op het Integratie- en Kwaliteitstoets (IKK) van de kinderopvang. Deze eis stelt specifieke vereisten voor de mondelinge taalvaardigheid van medewerkers. Hoewel het merendeel van de kinderopvangorganisaties verwacht dat ze voldoende tijd hebben om aan deze eis te voldoen, bestaat er nog steeds enige onduidelijkheid over de nieuwe regels. Dit artikel biedt een overzicht van de taaleis in de kinderopvang, inclusief de vereisten, uitzonderingen en de rol van verschillende partijen in de invoering ervan.
De taaleis IKK is een nieuw vereiste voor pedagogisch medewerkers in de dagopvang en peuteropvang. Deze eis vereist dat medewerkers mondelinge taalvaardigheid op minimaal taalniveau 3F (B2-niveau) hebben. Het doel van deze eis is om de kwaliteit van de kinderopvang te verbeteren door ervoor te zorgen dat medewerkers over de juiste taalvaardigheden beschikken om kinderen te begeleiden in hun taalontwikkeling.
Volgens een onderzoek onder locatiemanagers en medewerkers, in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), voldoet 95% van de medewerkers al aan deze taaleis. Dit percentage is hoog, maar er zijn nog steeds medewerkers die niet aan de eisen voldoen. Voor deze medewerkers zijn er specifieke regels en termijnen om aan de taaleis te voldoen.
Om aan de taaleis IKK te voldoen, moeten pedagogisch medewerkers aantonen dat zij mondelinge taalvaardigheid op minimaal taalniveau 3F hebben. Dit betekent dat medewerkers in staat moeten zijn om duidelijk en correct Nederlands te spreken, wat essentieel is voor de communicatie met kinderen en ouders.
Er zijn echter enkele uitzonderingen op deze regel. Medewerkers die alleen de Friese taal spreken met de kinderen, hoeven niet aan de taaleis Nederlands te voldoen. Zij moeten wel kunnen aantonen dat zij het Fries beheersen op minimaal taalniveau B2 (dagopvang) of B1 (buitenschoolse opvang).
Voor medewerkers die met de kinderen volledig een buitenlandse taal spreken, bijvoorbeeld bij meertalige kinderopvang, geldt een vergelijkbare uitzondering. Zij moeten wel een bewijsstuk hebben waaruit blijkt dat zij de Duitse, Engelse of Franse taal beheersen op minimaal taalniveau B2.
De overheid heeft kinderopvangorganisaties een ruime invoeringstermijn gegeven om alle pedagogisch medewerkers te laten voldoen aan de taaleis. Werknemers die geen diploma of certificaat hebben, mogen vanaf 1 januari 2025 niet meer werken als pedagogisch medewerker. Er zijn echter enkele uitzonderingen en termijnen die rekening houden met de specifieke situaties van medewerkers.
Medewerkers die zijn geboren op of vóór 31 december 1964, krijgen 3 jaar extra de tijd om aan de taaleis te voldoen. Deze medewerkers moeten op 1 januari 2028 aan de taaleis voldoen.
Voor medewerkers die tussen 1 juli 2024 en 31 december 2024 volledig afwezig zijn geweest, voor een periode van 8 weken achter elkaar of langer, geldt een zes maanden langere termijn om aan de taaleis te voldoen. Dit betekent dat deze medewerkers tot 31 december 2024 de tijd hebben om aan de taaleis te voldoen.
Een goede taalontwikkeling is essentieel voor kinderen om een goede start te maken in het primair onderwijs. Kinderen die in hun vroege jaren veel taalstimulatie krijgen, zijn beter voorbereid op school en hebben minder snel een taalachterstand. Onderzoek van Dickinson en Tabors (2001) bevestigt dat kinderen die veel taalstimulatie krijgen, een betere voorbereiding op school hebben.
Professionals met een goed taalniveau kunnen kinderen helpen door veel verschillende woorden en zinnen te gebruiken. Dit zorgt ervoor dat kinderen meer woorden leren en beter begrijpen hoe taal werkt. Uit studies zoals die van Hart & Risley (1995) blijkt dat kinderen die veel verschillende woorden horen, een grotere woordenschat ontwikkelen en beter leren praten.
Bovendien kunnen professionals met een goed taalniveau kinderen aanmoedigen om zelf meer te praten. Dit is belangrijk voor de taalontwikkeling van kinderen, zoals onderzoek van Wasik & Hindman (2020) aantoont. Kinderen ontwikkelen hun taalvaardigheden sneller als ze vaker gesprekken hebben met volwassenen die goed taal gebruiken.
Kinderen die moeite hebben met taal, profiteren extra van professionals met een hoog taalniveau. Deze kinderen krijgen de kans om hun taal te verbeteren en beter voorbereid te zijn op school. Onderzoek van Dickinson en Tabors (2001) wijst uit dat kinderen die in hun vroege jaren veel taalstimulatie krijgen, minder snel een taalachterstand hebben.
De Taalcoalitie Kinderopvang, bestaande uit Kans², STE Languages, UvA Talen, NLvoorelkaar, Brancheorganisatie Kinderopvang, Kinderopvangwerkt! en Randstad, zet zich in voor een sterke en toegankelijke kinderopvangsector. De coalitie streeft ernaar om ervoor te zorgen dat iedere medewerker ook na 1 januari 2025 voldoet aan de vereiste taalvaardigheden en kan blijven werken in de kinderopvangsector.
De Taalcoalitie Kinderopvang zet zich in voor het behoud van gekwalificeerde medewerkers en het waarborgen van pedagogische kwaliteit, met de Taaleis IKK als een belangrijk aandachtspunt. Door samen te werken met verschillende partijen, kan de coalitie bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van de kinderopvang.
Om de onduidelijkheden over de nieuwe regels weg te nemen, heeft Kinderopvang Werkt! de Taaleis IKK Check ontwikkeld. Deze handige tool helpt organisaties snel en eenvoudig te controleren of hun medewerkers aan de nieuwe taaleis voldoen. De tool houdt rekening met verschillende opleidingsachtergronden en specifieke situaties, wat heeft geleid tot meer dan 600 mogelijke routes.
Binnen enkele klikken kunnen organisaties zien of hun (potentiële) medewerkers klaar zijn voor de Taaleis IKK. Dit maakt het proces van het controleren van de taalvaardigheid van medewerkers veel efficiënter en helpt om te voorkomen dat er medewerkers zijn die niet aan de eisen voldoen.
In het kader van het waarborgen van de kwaliteit van de kinderopvang, is de eerste monitor uitgevoerd door Berenschot. Deze monitor beoordeelt de kwaliteit van de kinderopvang en de mate waarin medewerkers aan de taaleis voldoen.
Voor de minister staat het vasthouden van de goede kwaliteit van kinderopvang voorop, in het belang van de kinderen en hun ouders. Hieraan werken dagelijks vele pedagogisch professionals, locatiemanagers, houders van kinderopvangorganisaties, toezichthouders en handhavers. Vele betrokkenen in de kinderopvang hebben meegewerkt aan deze monitor.
De resultaten van de eerste monitor laten zien dat het merendeel van de medewerkers al voldoet aan de taaleis. Dit is een positief teken, maar er is nog werk te doen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers aan de eisen voldoen.
Uit een rondgang bij enkele kinderopvanglocaties in Midden-Limburg blijkt dat de nieuwe verplichte taaleis voor medewerkers nauwelijks tot stress heeft geleid. Medewerkers waren tijdig geïnformeerd zodat er voldoende tijd was om de toetsen af te leggen.
Nienke Poos van kinderopvang Happy Kids in Weert: “Alle 18 medewerkers van onze locatie hebben de training met succes afgerond en gelukkig hebben we niemand hoeven te ontslaan. Voor sommigen was de training pittig, vooral het begrijpend lezen.”
Jenny van Sint Fiet, manager van Kinderdagverblijf Tante Pollewop in Neer, vertelt: “Ook wij moesten uiteraard aan de taaleis voldoen en omdat het al lang bekend was, hebben we aan deze eis tijdig kunnen voldoen.”
De angst bestond dat medewerkers die niet slagen voor het examen hun baan zouden verliezen. De sector heeft al te maken met een groot personeelstekort. Uit de praktijkervaringen blijkt echter dat er voldoende tijd en ondersteuning zijn om te zorgen dat medewerkers aan de taaleis voldoen.
De taaleis IKK is een belangrijke stap in het verbeteren van de kwaliteit van de kinderopvang. Door ervoor te zorgen dat pedagogisch medewerkers over de juiste taalvaardigheden beschikken, kunnen kinderen optimaal profiteren van de opvang en hun taalontwikkeling bevorderen.
Er zijn verschillende regels en termijnen die rekening houden met de specifieke situaties van medewerkers, zoals leeftijd en afwezigheid. De Taalcoalitie Kinderopvang en tools zoals de Taaleis IKK Check helpen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers aan de eisen voldoen.
Hoewel het merendeel van de medewerkers al voldoet aan de taaleis, is er nog werk te doen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers klaar zijn voor 1 januari 2025. Door samen te werken en te investeren in de taalvaardigheid van medewerkers, kan de kwaliteit van de kinderopvang verder worden verbeterd.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet