Kenmerken van de Turkse opvoeding: een vergelijking met andere culturen
juli 10, 2025
In de hedendaagse opvoedingspraktijk wordt steeds vaker aandacht besteed aan alternatieven voor de traditionele gezinsopvoeding. Een van de bekendste vormen van collectieve opvoeding is de kibboetsopvoeding, een systeem dat ontstaan is in de jaren 1900 in Israël. Deze vorm van opvoeding wordt gekenmerkt door een collectieve aanpak waarbij kinderen niet in het gezin, maar in gespecialiseerde kindertehuizen worden opgevoed. De kibboets is een communautair dorp waarin de leden samenwerken, gedeelde verantwoordelijkheden delen en een collectieve opvoedingsstijl hanteren. Deze aanpak heeft in de loop der jaren zowel kritiek als waardering gekregen, en heeft veel aandacht besteed aan de invloed op de ontwikkeling van kinderen. In dit artikel wordt ingegaan op de historische achtergronden, praktijk, voordelen en nadelen van de kibboetsopvoeding, evenals de invloed op de emotionele en cognitieve ontwikkeling van kinderen.
De oorsprong van de kibboets ligt in het begin van de 20e eeuw. De eerste kibboets werd in 1909 opgericht in Degania, een dorpje in het zuiden van het meer van Kinnereth (Genesareth). Deze kibboets was een coöperatieve gemeenschap, waarin alle leden gelijkwaardig waren en samenwerken in landbouw, productie en onderwijs. De kibboets was gebaseerd op socialistische principes en had als doel een utopische gemeenschap te vormen, waarin iedereen gelijkwaardig werd behandeld en het collectieve belang centraal stond.
In de jaren 1940 richtte de kibboets zich vooral op de medische opvoeding. De kinderen kregen vaste tijdstippen voor eten, en de kindertehuizen werden zeer schoon gehouden. De metaplot, die de opvoeding van de kinderen beheerden, werden gezien als experts. Vanwege de afstand tot ziekenhuizen was het belangrijk dat de gezondheid van de kinderen goed in de gaten werd gehouden. Na de Tweede Wereldoorlog veranderde de focus van de kibboets van de medische opvoeding naar het emotionele aspect. Dit kwam door de verbeterde economische omstandigheden en de invloed van het concept ‘moederdeprivatie’ van Bowlby en Spitz. Hierin werd benadruid dat ouders in het eerste levensjaar van hun kind meer tijd moesten doorbrengen met hen dan ooit was geleerd. Daardoor kregen moeders een soort zwangerschapsverlof, waarin ze zes weken tot vier maanden konden besteden aan de opvoeding van hun kind.
De kibboetsopvoeding wordt gekenmerkt door collectief overnachten. De kinderen slapen in gespecialiseerde kindertehuizen, waar ze door metaplots worden opgevoed. De ouders mogen hun kinderen alleen op bezoek en hebben een beperkt contact met hen. Er wordt een dagelijks ‘liefdesuurtje’ ingevoerd, waarbij de ouders naar het kinderhuis komen om zich met hun kinderen bezig te houden. De metaplots worden geleerd om ook emotionele steun te bieden.
In de late jaren zestig kwam, onder invloed van de theorie van Piaget, de nadruk te liggen op de cognitieve ontwikkeling. Interactie was daarbij het kernwoord. Creativiteit en spel kregen hierdoor meer aandacht in de kibboets. De redenen voor collectief overnachten waren onder meer veiligheid voor de kinderen, het streven naar gelijkheid tussen man en vrouw, en het trainen van de kinderen in het communeleven. De ouders brengen de kinderen ’s avonds naar bed. ’s Nachts zijn er twee vrouwelijke nachtwakers aanwezig die de wacht houden in (meestal) het babyhuis. Af en toe maken ze een ronde door de andere huizen. Elke week waren er twee andere vrouwen aan de beurt als nachtwaker. Dit maakt het onmogelijk om sensitief te reageren op de kinderen.
Het onderzoek naar de ontwikkeling van kibboetskinderen heeft verschillende conclusies getrokken. De algemene indruk was dat kinderen ten opzichte van hun ouders warm en aanhankelijk waren. Op jonge leeftijd leken de kinderen wat onzekerheid te vertonen, maar op latere leeftijd waren ze uitgegroeid tot goed functionerende volwassenen. Een van de zwakke punten van de kibboetsopvoeding is de voortdurende wisseling van opvoeders. Dit komt doordat het laagbetaald werk is met een laag prestige, ook al zijn ze overtuigd van het belang van metaplot.
In vergelijking met dagopvang in Israel zijn kibboetsen heel goed wat betreft groepsgrootte, de verhouding van het aantal kinderen per metaplot en de betrokkenheid bij de kinderen. De emotionele sfeer en de dagelijkse interactie bleek vergelijkbaar te zijn met gastgezinnen. Maar toch bleken kibboetsen significant beter dan gastgezinnen en kindercentra, vooral wat betreft sociale interactie en het stimuleren van de cognitieve ontwikkeling.
De collectieve opvoeding in de kibboets heeft ook kritiek gekregen. De opvoedingsfilosoof en historicus Rabi stelde vast dat de aanwezigheid van meerdere significante anderen in de vroege kindertijd overweldigend kan zijn voor de tere persoonlijkheid. Toch kan dit de ego-ontwikkeling in de latere kindertijd en adolescentie ondersteunen. Later onderzoek wees deze verschillen niet aan. Wat de oorzaak was dat Rabi wel verschillen vond is niet duidelijk. We moeten wel rekening houden met het feit dat vroeger vaker sociaalverbaal leren werd gemeten in plaats van de sociaal-emotionele ontwikkeling.
Een andere uitdaging is het feit dat de kibboets zich in de jaren 1970 steeds meer moest mengen met de buitenwereld. De collectieve opvoeding van kinderen werd gezien als onsmakelijk en de tegenpool van de utopie van het collectivisme. Kinderen werden daarom in aparte huizen opgevoed en mochten maar een paar uur per dag bij hun ouders zijn. Sommige kinderen vonden het leuk om in de kinderhuizen te wonen, maar veel kinderen ook niet. Ze vonden het vreselijk om afscheid te nemen van hun ouders als de tijd om was.
De kibboetsopvoeding is een unieke vorm van collectieve opvoeding die in de loop der jaren zowel voordelen als nadelen heeft opgeleverd. De nadruk op het collectieve leven en de opvoeding van kinderen in gespecialiseerde kindertehuizen heeft leiden tot een sterke sociale en cognitieve ontwikkeling van de kinderen. De kibboetsopvoeding heeft ook bijgedragen aan de ontwikkeling van de theorieën rond gehechtheid, sociaal-emotionele ontwikkeling en de invloed van meerdere significante anderen in de vroege kindertijd. Toch blijven er ook uitdagingen, zoals de voortdurende wisseling van opvoeders en het gebrek aan emotionele stabiliteit voor de kinderen. De kibboetsopvoeding is een interessante aanpak die nog steeds onderwerp is van wetenschappelijk onderzoek en discussie.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet