Bijbelse opvoeding: De rol van de Bijbel in de vorming van kinderen
juli 10, 2025
In de huidige tijd is de rol van de opvoeder in de opvoeding en het onderwijs van cruciaal belang. De visie van Micha de Winter, zoals beschreven in meerdere bronnen, benadrukt dat opvoeding niet alleen gericht moet zijn op het beheersen van gedrag, maar ook op het aanwakkeren van hoop en perspectief bij kinderen. In dit artikel wordt dieper ingegaan op de kernwaarden van medemenselijk opvoeden, de rol van hoop en optimisme in de opvoeding, en de noodzaak van een bredere visie op de samenleving.
In het boek Medemenselijk opvoeden, geschreven door Micha de Winter, wordt benadrukt dat opvoeding niet alleen gericht moet zijn op individuele ontwikkeling, maar ook op het versterken van de samenleving. De centrale vraag is hoe we kinderen en jongeren kunnen voorbereiden op een leven in een vrije, rechtvaardige en solidaire samenleving. Hierin spelen begrippen als medemenselijkheid, hoop en sociale daadkracht (agency) een sleutelrol.
Deze visie is gebaseerd op een bredere samenlevingspedagogiek, waarbij het doel is om kinderen en jongeren te laten zien dat ze samen een verschil kunnen maken. Dit proces begint in het gezin en breidt zich uit naar kinderopvang en scholen. Voorbeelden hiervan zijn leerlingen die in een “Vreedzame School” leren om conflicten te bemiddelen. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
Jonge mensen hebben hoop en optimisme nodig, die vormen de motor van hun persoonlijke ontwikkeling. Als je kinderen van jongs af aan weet mee te geven dat ze ertoe kunnen bijdragen, dat ze erbij horen, dat de samenleving ook op hen zit te wachten, dan wakker je de motivatie aan om zich te willen inspannen, te werken aan doelen, te willen leren en zich te willen ontwikkelen.
De Winter benadrukt dat hoop niet alleen een emotionele kracht is, maar ook een praktische. Het helpt kinderen om zich te richten op positieve doelen, in plaats van alleen op problemen. Hij wijst op positieve voorbeelden zoals Gretha Thunberg en Boyan Slat, die hun kracht hebben geleverd in de strijd tegen klimaatverandering en milieuproblemen.
De opvoeder speelt een cruciale rol in het bevorderen van hoop en perspectief bij kinderen. De Winter benadrukt dat opvoeders niet alleen gericht moeten zijn op het beheersen van gedrag, maar ook op het aanwakkeren van hoop. Dit gebeurt door kinderen te laten zien dat ze een rol kunnen spelen in de samenleving en dat hun acties er toe doen.
In een tijd van sociale ongelijkheid, polarisatie en klimaatverandering is het belangrijk dat kinderen leren dat ze een bijdrage kunnen leveren aan oplossingen. Dit vereist een pedagogiek die opbouwt op de kracht van hoop en optimisme. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
De moderne pedagogiek richt zich te veel op gedrachtsverandering en medicalisering. Hierdoor wordt problematisch gedrag vaak gezien als een individueel probleem, terwijl maatschappelijke factoren zoals armoede en sociale uitsluiting een grote rol spelen. Hierdoor ontstaat er een steriele pedagogiek die wellicht uitmunt in objectiviteit, maar die daarmee haar relevantie voor de alledaagse opvoedingswerkelijkheid dreigt te verliezen.
De Winter kritiseert ook het feit dat er te veel wordt gekeken naar individuele opvoedingsproblemen, leerstoornissen en individueel gerichte diagnostiek. Dit heeft bijgedragen aan de groeiende wachtlijsten in de jeugdzorg. Hij benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
De Winter benadrukt dat sociale daadkracht (agency) essentieel is voor het functioneren van een democratie, waarin burgers actief en kritisch moeten bijdragen aan de samenleving. Dit vermogen is niet vanzelf ontstaan, maar moet door opvoeders, scholen en de samenleving worden begeleid. Hij pleit voor onderwijspraktijken die participatie bevorderen, zoals leerlingenraden of projecten waarin kinderen oplossingen zoeken voor problemen in hun omgeving.
Op beleidsniveau moet de focus liggen op het versterken van deze sociale daadkracht. In plaats van alleen te reageren op problemen in de jeugdzorg, zouden beleidsmakers zich moeten richten op preventie en het bieden van kansen aan jongeren om actief deel te nemen aan de samenleving.
De Winter benadrukt dat opvoeding niet alleen gericht moet zijn op individuele ontwikkeling, maar ook op het versterken van de samenleving. De centrale vraag is hoe we kinderen en jongeren kunnen voorbereiden op een leven in een vrije, rechtvaardige en solidaire samenleving. Hierin spelen begrippen als medemenselijkheid, hoop en sociale daadkracht (agency) een sleutelrol.
Het doel – dat kinderen en jongeren zich verdiepen in de behoeften en perspectieven van anderen – bereik je niet door dit te preken, maar door in de samenleving situaties en mogelijkheden te scheppen die jonge mensen aanmoedigen om humaan en democratisch te handelen. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
De Winter heeft een persoonlijk verhaal dat zijn overtuiging versterkt dat opvoeding een sleutelrol speelt in het cultiveren van humaniteit. Hij benadrukt dat medemenselijkheid niet alleen kan worden geleerd, maar ook moet worden beoefend. Hij pleit voor een samenleving waarin kinderen leren dat zij, gewapend met kennis, vaardigheden en empathie, een verschil kunnen maken.
Hij benadrukt dat het niet alleen gaat om het oplossen van problemen, maar ook om het creëren van een rechtvaardige en menselijke samenleving. Zijn pleidooi voor hoop en agency biedt handvatten voor ouders, leerkrachten en beleidsmakers. Het boek biedt een optimistisch perspectief op de rol van opvoeding in een complexe wereld.
De Winter benadrukt dat de moderne pedagogiek te veel gericht is op gedrachtsverandering en medicalisering. Hierdoor wordt problematisch gedrag vaak gezien als een individueel probleem, terwijl maatschappelijke factoren zoals armoede en sociale uitsluiting een grote rol spelen.
Hij pleit voor een breder perspectief waarin opvoeding niet alleen draait om “parenting behaviour” (hoe ouders het gedrag van kinderen sturen), maar ook om de vraag hoe opvoeding kan bijdragen aan een rechtvaardige en menselijke samenleving. Daarbij benadrukt hij dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
De opvoeder speelt een cruciale rol in het bevorderen van hoop en perspectief bij kinderen. De Winter benadrukt dat opvoeders niet alleen gericht moeten zijn op het beheersen van gedrag, maar ook op het aanwakkeren van hoop. Dit gebeurt door kinderen te laten zien dat ze een rol kunnen spelen in de samenleving en dat hun acties er toe doen.
In een tijd van sociale ongelijkheid, polarisatie en klimaatverandering is het belangrijk dat kinderen leren dat ze een bijdrage kunnen leveren aan oplossingen. Dit vereist een pedagogiek die opbouwt op de kracht van hoop en optimisme. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
De visie van Micha de Winter benadrukt dat opvoeding niet alleen gericht moet zijn op het beheersen van gedrag, maar ook op het aanwakkeren van hoop en perspectief bij kinderen. De kernwaarden van medemenselijk opvoeden, zoals medemenselijkheid, hoop en sociale daadkracht, spelen een sleutelrol in de opvoeding. De opvoeder heeft een cruciale rol in het bevorderen van deze waarden, door kinderen te laten zien dat ze een rol kunnen spelen in de samenleving en dat hun acties er toe doen.
De moderne pedagogiek richt zich te veel op gedrachtsverandering en medicalisering, waardoor er een steriele pedagogiek ontstaat die haar relevatie voor de alledaagse opvoedingswerkelijkheid dreigt te verliezen. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
In een complexe wereld is het belangrijk dat kinderen leren dat ze een bijdrage kunnen leveren aan oplossingen. Dit vereist een pedagogiek die opbouwt op de kracht van hoop en optimisme. De Winter benadrukt dat kinderen niet alleen objecten van opvoeding zijn, maar ook actieve deelnemers met een eigen stem en perspectief.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet