Opvoeden van een baby van 15 maanden: ontwikkeling, gedrag en praktische tips
juli 8, 2025
De ontwikkeling en opvoeding van kinderen vormen een essentieel onderdeel van de kinderopvang en het onderwijs. De gegevens uit de bronnen tonen aan dat de ontwikkeling van een kind een complex proces is dat beïnvloed wordt door biologische factoren, interacties met de omgeving, en de kwaliteit van de opvoeding. De opvoeding speelt een cruciale rol bij het stimuleren van de ontwikkeling, zowel op het gebied van lichamelijke, emotionele, cognitieve als sociale vaardigheden. In dit artikel worden de kernprincipes van ontwikkeling en opvoeding uitgebreid besproken, met aandacht voor de rol van ouders, verzorgers en onderwijsinstellingen. De informatie is gebaseerd op de bronnen die in de lijst zijn vermeld.
De ontwikkeling van kinderen gebeurt op een eigen tempo en op een unieke manier. Volgens Marga Schiet (2003) ontwikkelt elk kind zich door een natuurlijke drang die in elk kind zit, de drang om vooruit te komen. Deze drang wordt beïnvloed door biologische factoren, die een deel van de grenzen bepalen van de mogelijkheden die een kind heeft om zich te ontwikkelen. Daarbij horen onder andere het vermogen om een taal te leren spreken en de aanleg voor bepaalde vaardigheden. Het veranderingsproces waarbij de combinatie van groei, rijping en leren leidt tot een verhoging van het functioneringsniveau, wordt in de bronnen als ontwikkeling aangeduid.
De ontwikkeling van een kind is dus niet vanzelfsprekend, maar vereist ondersteuning en stimulering van de omgeving. De kwaliteit van de interactie tussen het kind en de primaire opvoeders is bepalend voor het vertrouwen van het kind in zichzelf en in anderen. Een veilige hechting is daarbij van belang, omdat het helpt bij het volbrengen van de volgende ontwikkelingsopgave, zoals socialisatie, dat wil zeggen het zich kunnen schikken naar regels en routines.
De opvoeding is een bepaalde vorm van omgang tussen volwassenen en kinderen, waarbij de omgang een bepaalde invloed heeft op het kind. Volgens Langeveld (1979) is opvoeding het omgaan tussen volwassenen en kinderen, waarbij het kind wordt geholpen om mondiger te worden. De opvoeding vindt plaats binnen de culturele context van een samenleving en is hierbij mede bepalend hoe de opvoeding zich ontwikkelt. De opvoeding is gebaseerd op de verantwoordelijkheid die ouders of verzorgers hebben om het welzijn van de aan hen toevertrouwde kinderen te bevorderen.
De opvoeding heeft vier kernwaarden: doelstellingen, middelen, voorwaarden en omstandigheden. Daarnaast spelen de historische en culturele context een rol in de opvoeding. In de geschiedenis is de opvoeding verschillend geweest, afhankelijk van de tijd en de cultuur. In vroeger tijden was de opvoeding erop gericht om zo snel mogelijk vaardigheden en opvattingen van de volwassenen over te brengen aan het kind. In de moderne tijd is de opvoeding meer gericht op het ontwikkelen van het individu en het bevorderen van autonomie.
De ontwikkeling van een kind wordt beïnvloed door meerdere factoren, waaronder de omgeving waarin het kind zich bevindt. De opvoedingsrelatie is hierbij belangrijk, omdat deze een relatie is tussen het kind en de opvoeders, waarin wederzijdse betrokkenheid en respect een rol spelen. De opvoedingsrelatie onderscheidt zich van andere relaties, omdat de verdeling van de verantwoordelijkheid ongelijk is. Bij jonge kinderen ligt de verantwoordelijkheid vooral bij de ouders, terwijl deze bij ouder wordende kinderen meer naar het kind verschuift.
De kwaliteit van de interactie tussen kind en opvoeders is cruciaal voor de ontwikkeling van het kind. In gunstige omstandigheden kan het kind ontwikkelingsopgaven volbrengen die de basis vormen voor de volgende ontwikkeling. Aangepast gedrag op jonge leeftijd vergemakkelijkt verdere ontwikkeling. Daarentegen is het bij ongunstige omstandigheden moeilijker om ontwikkelingsopgaven goed te volbrengen en dat kan volgende ontwikkeling belemmern. Onaangepast gedrag op jonge leeftijd kan uitmonden in een problematische ontwikkeling.
Naast het gezin is de school een bepalende factor in het opvoedingsmilieu. Vanaf de leeftijd van vijf tot zestien jaar zijn kinderen verplicht om naar school te gaan. Naast het opdoen van kennis in deze periode is de school ook een gemeenschap waar het kind zijn of haar relaties met anderen buiten het gezin ontwikkelt. De school neemt steeds meer en steeds vroeger opvoedingstaken van de ouders over. Daarnaast is de school verantwoordelijk voor het aanleren van waarden en normen en culturele vorming. Ook het taalgebruik van de kinderen is meer onder invloed van het schoolplein dan thuis.
De opvoedende taak van de school is steeds belangrijker geworden en scholen zijn ook verplicht de pedagogische kant te benadrukken wanneer het gaat om normen en waarden. Daartegen zijn de mogelijkheden van leerkrachten om hun opvoedkundige taak waar te maken steeds meer beperkt geworden. De structuur van het onderwijs houdt zich voornamelijk bezig met het cognitieve leren en de efficiëntie. Leerstof en leerprestaties hebben een opvoedende functie. De ontwikkeling van de leerstof en de wijze waarop deze wordt aangeboden krijgt steeds meer een ondersteunende functie bij de opvoeding.
Naast het gezin en de school speelt de buurt en de leeftijdsgroep een rol in de opvoeding van het kind. De buurt beïnvloed de ontwikkeling van het kind, zowel in positieve als negatieve zin. De leeftijdsgroep heeft een invloed op het gedrag van het kind, aangezien kinderen zich in groepen ontwikkelen en leren omgaan met anderen. De interactie met leeftijdsgenoten speelt een belangrijke rol bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden en het begrijpen van normen en waarden.
De opvoedingsrelatie is een belangrijke factor in de ontwikkeling van het kind. De verantwoordelijkheid van de opvoeder is hierbij cruciaal, aangezien deze het kind moet ondersteunen bij het opgroeien. De opvoedingsrelatie is hierbij niet alleen gericht op het geven van instructies, maar ook op het stimuleren van het zelfstandig denken en handelen van het kind. De opvoeder dient het kind als uniek organisme in zijn waarde te laten, waarbij positieve achting een belangrijk middel is.
De ouders en verzorgers spelen een centrale rol in de opvoeding van het kind. Zij zijn verantwoordelijk voor het welzijn van het kind en moeten het kind helpen bij het ontwikkelen van vaardigheden en het leren omgaan met de wereld. De opvoeding is hierbij gebaseerd op de verantwoordelijkheid die ouders of verzorgers hebben, en op de interactie tussen het kind en de opvoeders.
De kwaliteit van de interactie tussen kind en opvoeders is bepalend voor de ontwikkeling van het kind. In gunstige omstandigheden kan het kind ontwikkelingsopgaven volbrengen die de basis vormen voor de volgende ontwikkeling. Aangepast gedrag op jonge leeftijd vergemakkelijkt verdere ontwikkeling. Daarentegen is het bij ongunstige omstandigheden moeilijker om ontwikkelingsopgaven goed te volbrengen en dat kan volgende ontwikkeling belemmern. Onaangepast gedrag op jonge leeftijd kan uitmonden in een problematische ontwikkeling.
De pedagogiek beïnvloed de opvoeding van het kind op verschillende manieren. De ecologische pedagogiek benadruit het belang van de context waarin het kind zich bevindt. De pedagogiek stelt normen die moeten bijdragen aan het handelen. De ecologische pedagogiek heeft de bestaande theorie en praktijk sterk beïnvloed. Een waardevol element is het betrekken van het kind, de jongere of het gezin bij de behandeling. Deze behandeling is effectief gebleken juist door de grote mate van betrokkenheid.
De kritisch-emancipatorische pedagogiek benadruist de maatschappelijke context van de opvoeding. De aandacht voor de maatschappelijke context van de opvoeding is tegenwoordig heel normaal. De pedagogiek stelt normen die moeten bijdragen aan het handelen. De humanistische benadering benadruist het natuurlijke groeiproces van het kind dat centraal dient te staan. De opvoeder laat het kind als uniek organisme in zijn waarde. De positieve achting is het middel wat de opvoeder gebruikt om het kind ervaringen te leren in de wereld van anderen.
De ontwikkeling en opvoeding van kinderen is een complex proces dat beïnvloed wordt door verschillende factoren, waaronder de biologische drang van het kind, de interactie met de omgeving en de kwaliteit van de opvoeding. De opvoeding speelt een cruciale rol bij het stimuleren van de ontwikkeling, zowel op het gebied van lichamelijke, emotionele, cognitieve als sociale vaardigheden. De kwaliteit van de interactie tussen het kind en de opvoeders is bepalend voor de ontwikkeling van het kind. De school, de buurt en de leeftijdsgroep spelen een rol in de opvoeding van het kind. De ouders en verzorgers zijn verantwoordelijk voor het welzijn van het kind en moeten het kind helpen bij het ontwikkelen van vaardigheden en het leren omgaan met de wereld. De pedagogiek beïnvloed de opvoeding van het kind op verschillende manieren, waaronder de ecologische pedagogiek, de kritisch-emancipatorische pedagogiek en de humanistische benadering.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet