De Nijmeegse Vragenlijst voor de Opvoedings-situatie: Een hulpmiddel voor gezinsondersteuning bij scheiding
juli 8, 2025
De invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen is een onderwerp van veel discussie, zowel in de wetenschap als in de maatschappij. De beschikbare bronnen geven een overzicht van de kwestie, waarbij zowel positieve als negatieve aspecten van religieuze opvoeding worden besproken. In dit artikel wordt de invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen geanalyseerd aan de hand van de in de bronnen teruggevonden informatie.
In de bronnen wordt duidelijk gemaakt dat het denken van kinderen in de pre-puberteit sterk beïnvloed wordt door hun omgeving. Volgens de bronnen is het kinderlijk denken overwegend magisch, wat inhoudt dat alles menselijke macht heeft. Het kind staat centraal in zijn eigen gedachtegang en heeft een sterke betrokkenheid op zichzelf. In deze fase is het denken nog overwegend concreet en wordt het kind beïnvloed door zowel het gezin als de school.
De godsdienstige opvoeding speelt hier een rol. De invloed van religieuze opvoeding op het gedrag van kinderen wordt in veel bronnen besproken, waarbij wordt gekeken naar de psychische structuur, het voelen, het denken en het voorstellingsvermogen van het kind. Volgens de bronnen is het belangrijk dat het kind zich bewust is van zijn eigen gedrag en dat hij in staat is om het gedrag van anderen te beoordelen. In dit opzicht kan de godsdienstige opvoeding helpen bij het ontwikkelen van basisgevoelens en het opbouwen van een moreel kader.
De schrijfster van het proefschrift “Godsdienstpedagogische opgaven in de pre-puberteit” stelt de vraag of de godsdienstige opvoeding invloed heeft op het gedrag van kinderen. In de bronnen wordt duidelijk gemaakt dat het onderzoek dat hiervoor is gedaan, niet volledig verantwoord is. De opzet van het onderzoek wordt als aanvechtbaar beschouwd, met name omdat de groepen kinderen niet goed vergeleken kunnen worden. De invloed van religieuze opvoeding op het gedrag van kinderen kan dus niet volledig bepaald worden aan de hand van dit onderzoek.
Daarnaast wordt in de bronnen opgemerkt dat het onderzoek onvolledig is, aangezien niet alle leerlingen van de openbare scholen deel hebben genomen. Dit kan leiden tot een vertekend beeld, aangezien ouders die negatief over hun kind denken, mogelijk geen toestemming hebben gegeven voor deelname. Hierdoor kan de invloed van religieuze opvoeding op het gedrag van kinderen niet volledig bepaald worden.
In de bronnen wordt duidelijk gemaakt dat de invloed van godsdienstige opvoeding niet alleen afhankelijk is van de school, maar ook van de ouders. De godsdienstige opvoeding in het gezin speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van het kind. De opvoeders, zowel thuis als op school, hebben invloed op de manier waarop het kind zich ontwikkelt. De godsdienstige opvoeding kan bijdragen aan het opbouwen van een moreel kader, maar het hangt ook af van de manier waarop de opvoeders de godsdienstige waarden en normen aanbieden.
In de bronnen wordt ook opgemerkt dat de opvoeding van het kind beïnvloed wordt door de manier waarop de ouders met hun kind omgaan. De invloed van religieuze opvoeding kan zowel positief als negatief zijn, afhankelijk van de manier waarop de ouder de godsdienstige waarden en normen aanbiedt. Als de ouder bijvoorbeeld een angstige houding aanneemt ten opzichte van bepaalde keuzes, kan dit bijdragen aan een angstige houding van het kind.
In de bronnen wordt ook gekeken naar de invloed van religieuze scholen op de kwaliteit van het onderwijs. De socioloog James Coleman wijst erop dat religieuze scholen meer sociaal kapitaal bieden dan overheidsscholen. Dit sociaal kapitaal bestaat uit een gemeenschap van ouders en leraren die zich geroepen voelen door de levensbeschouwelijke richting van hun school. Dit sociaal kapitaal kan helpen bij het opbouwen van een betere onderwijsonfrastructuring, wat op zijn beurt weer helpt bij het ontwikkelen van positieve effecten op het gedrag van kinderen.
In de bronnen wordt ook opgemerkt dat religieuze scholen beter kunnen presteren met kinderen uit kwetsbare groepen. Dit komt doordat de scholen beter kunnen omgaan met de behoeften van deze kinderen. Daarnaast is het belangrijk dat de religieuze scholen goed bestuurd worden en regelmatig gecontroleerd worden op kwaliteit. De invloed van religieuze opvoeding op het gedrag van kinderen kan dus positief zijn, mits de scholen goed functioneren en de onderwijskwaliteit goed is.
In de bronnen wordt ook gekeken naar de invloed van godsdienstige opvoeding op de vrijheid en gelijkheid van kinderen. De scheiding van Kerk en Staat is een belangrijk onderdeel van het Nederlandse onderwijsstelsel. In de bronnen wordt duidelijk gemaakt dat de openbare school geen godsdienstonderwijs mag geven, maar wel godsdienstig of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs mag geven. Dit is een belangrijk verschil, aangezien het godsdienstig onderwijs op de openbare school gericht is op de verschillende religies en levensbeschouwingen.
In de bronnen wordt ook opgemerkt dat het opvoedingsproces van kinderen beïnvloed wordt door de godsdienstige opvoeding in het gezin. De invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen kan dus positief zijn, mits de opvoeders de godsdienstige waarden en normen op een open en eerlijke manier aanbieden. Dit helpt bij het opbouwen van een betere vrijheid en gelijkheid voor alle kinderen.
De invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen is complex en kan zowel positief als negatief zijn. De beschikbare bronnen tonen aan dat de godsdienstige opvoeding in het gezin en op school een rol kan spelen in de ontwikkeling van het kind. De opvoeders, zowel thuis als op school, hebben invloed op de manier waarop het kind zich ontwikkelt. De godsdienstige opvoeding kan bijdragen aan het opbouwen van een moreel kader, maar het hangt ook af van de manier waarop de opvoeders de godsdienstige waarden en normen aanbieden.
De invloed van religieuze scholen op de kwaliteit van het onderwijs is ook belangrijk. Religieuze scholen kunnen beter presteren met kinderen uit kwetsbare groepen, mits de scholen goed functioneren en de onderwijskwaliteit goed is. De invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen kan dus positief zijn, mits de scholen goed functioneren en de onderwijskwaliteit goed is.
De invloed van godsdienstige opvoeding op de vrijheid en gelijkheid van kinderen is ook belangrijk. De openbare school biedt geen godsdienstonderwijs, maar wel godsdienstig of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs. Dit is een belangrijk verschil, aangezien het godsdienstig onderwijs op de openbare school gericht is op de verschillende religies en levensbeschouwingen. De invloed van godsdienstige opvoeding op het gedrag van kinderen kan dus positief zijn, mits de opvoeders de godsdienstige waarden en normen op een open en eerlijke manier aanbieden.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet