De rol van opvoeding in de ontwikkeling van optimisme bij kinderen
juli 8, 2025
Lichamelijke opvoeding (LO) is een essentieel onderdeel van het onderwijs in Nederland. Het vak richt zich op het stimuleren van fysieke activiteit, het ontwikkelen van motorische vaardigheden en het bevorderen van een gezond en actief levensstijl. In dit artikel worden de kernaspecten van lichamelijke opvoeding belicht, met aandacht voor leerdoelen, onderwijsdoelen, leerstrategieën en de rol van leraars. De informatie is gebaseerd op de beschikbare bronnen, inclusief leerplannen, opleidingsinformatie en richtlijnen voor het onderwijs.
Lichamelijke opvoeding is een verplicht vak op de middelbare school, met uitzondering van leerlingen op VAVO-scholen. Het vak wordt meegerekend bij het combinatiecijfer en speelt een belangrijke rol in het ontwikkelen van motorische, sociale en emotionele vaardigheden. De kern van lichamelijke opvoeding is het aanleren van bewegingsvaardigheden, het verkennen van verschillende sporten en het stimuleren van een blijvende deelname aan sportactiviteiten.
In de onderbouw, dat wil zeggen de klassen 1, 2 en 3, staat het leren van basisvormen van bewegen en het verbreden van de bewegingsmogelijkheden van leerlingen centraal. Daarnaast worden tijdens de Novumdagen ook sporten aangeboden die niet in de reguliere lessen LO zijn opgenomen. In de bovenbouw wordt het accent gelegd op het onderzoeken en ontdekken van de eigen bewegingsvoorkeuren. Leerlingen leren kennis te maken met verschillende sporten en hun eigen weg in het ruime aanbod van sporten vinden.
Een belangrijk onderdeel van het lichamelijk onderwijs is het werken met rubrics. Deze rubrics helpen leerlingen om gericht en kritisch naar hun eigen bewegen te kijken, en hen te helpen bij het stellen van individuele doelen. Ook wordt er soms een beoordeling gegeven, waarbij leerlingen worden beoordeeld op hun deelname, progressie en prestaties. De beoordeling gebeurt via een O (onvoldoende), V (voldoende) of G (goed). Deelname wordt elke periode beoordeeld met O/V/G aan de hand van een rubric. Voor de uitstekende leerling is er de mogelijkheid om te streven naar het behalen van een leerjaar-record of zelfs een schoolrecord op bepaalde onderdelen.
De leerdoelen van lichamelijke opvoeding zijn onderverdeeld in drie categorieën: motorische, sociale en emotionele leerdoelen, en cognitieve leerdoelen. De motorische leerdoelen richten zich op het ontwikkelen van fysieke vaardigheden, zoals het lopen, springen, werken met bal, en het aanleren van gezonde lichaamshouding. De sociale en emotionele leerdoelen betreffen het leren samenwerken, het opbouwen van teamgeest, en het ontwikkelen van sportiviteit en eerlijkheid. De cognitieve leerdoelen richten zich op het begrijpen van de waarde van bewegen voor de gezondheid, het opbouwen van inzicht in sporten en het vormen van een mening over maatschappelijke effecten van sport.
In het vak lichamelijke opvoeding zijn er verschillende domeinen waarin leerlingen kunnen worden beoordeeld. Dit zijn onder andere:
- Spel
- Turnen
- Atletiek
- Bewegen op muziek
- Zelfverdediging
- Aanleren of correctie van gezonde lichaamshouding
Deze domeinen worden in het onderwijs gebruikt om leerlingen te leren omgaan met verschillende sporten en om hun vaardigheden te ontwikkelen. Daarnaast worden er lessen gegeven over bewegen en gezondheid, bewegen en samenleving, en bewegen en regelen. De leerlingen leren het belang van bewegen voor hun gezondheid en hoe sporten invloed kunnen hebben op de maatschappij.
In de bovenbouw van het vmbo, en ook in het havo en vwo, is lichamelijke opvoeding een verplicht vak. De lessen LO worden gedeeltelijk op de velden van het Sportpark Duijvestein en gedeeltelijk in de Novum-Maartens sporthal gegeven. Daarnaast zijn er ook extra sportactiviteiten, zoals de interscolaire toernooien, schoolhockeycompetitie, de klimsportdag, en de Beachdag. Deze activiteiten helpen leerlingen om hun vaardigheden te verbeteren en hun interesse in sporten te versterken.
De eindtermen voor lichamelijke opvoeding worden vastgelegd in het Leerplan in beeld. Daarbij wordt aandacht besteed aan de kerndoelen, examenprogramma’s en de inhoud van de lessen. De KVLO (Kenniscentrum Vakoverleg Lichamelijke Opvoeding) biedt ondersteuning aan scholen die LO2 in het vmbo willen aanbieden. Ook zijn er verschillende platformen, zoals platformsvmbo.nl, waarin bewegen en sport een rol spelen.
Om leraar lichamelijke opvoeding te worden, is een opleiding nodig. Deze opleiding kan op verschillende manieren worden gevolgd. Bijvoorbeeld via een duale opleiding, waarbij het werken en leren gecombineerd worden. In de duale opleiding van Fontys ALO wordt gewerkt aan de (pedagogische, vakinhoudelijke en vakdidactische) bekwaamheden om kinderen met plezier op de juiste manier te leren bewegen. De opleiding is gericht op het ontwikkelen van een volwaardige leraar LO die in staat is om kwalitatieve lessen lichamelijke opvoeding te verzorgen voor verschillende doelgroepen.
Bij de opleiding is het belangrijk om een goed ontwikkelde motorische vaardigheden te hebben. Daarom wordt er bij de toelating aandacht besteed aan het Onderzoek Aanvullende Eisen (OAE), dat bestaat uit voorbereidende opdrachten, een beoordeling van de motorische vaardigheden en een adviesgesprek. Ook moet er een medische sportkeuring worden gedaan. De duale opleiding is gericht op het combineren van werken en leren, zodat leerlingen in staat zijn om na afronden van de opleiding kwalitatieve lessen te geven.
Lichamelijke opvoeding speelt een belangrijke rol bij het bevorderen van een gezond en actief leven. Het stimuleert de conditie van leerlingen, verbetert hun gezondheid en versterkt hun teamopbouw, samenwerking, sportiviteit en eerlijk spel. Daarnaast helpt het leerlingen om hun lichaam en gezondheid beter te begrijpen en te leren omgaan met fysieke activiteiten.
Bij lichamelijke opvoeding worden verschillende sporten aangeboden, waaronder gymnastiek, turnen, yoga, atletiek, basketbal, handbal, judo, softbal, trefbal, voetbal, volleybal. Deze sporten helpen leerlingen om hun vaardigheden te ontwikkelen en hun interesse in sporten te versterken. Ook wordt er aandacht besteed aan het aanleren of correctie van gezonde lichaamshouding, wat belangrijk is om spier- en gewrichtsproblemen te voorkomen.
Lichamelijke opvoeding is een essentieel onderdeel van het onderwijs in Nederland. Het richt zich op het stimuleren van fysieke activiteit, het ontwikkelen van motorische vaardigheden en het bevorderen van een gezond en actief levensstijl. In de onderbouw staat het leren van basisvormen van bewegen en het verbreden van de bewegingsmogelijkheden van leerlingen centraal. In de bovenbouw wordt het accent gelegd op het onderzoeken en ontdekken van de eigen bewegingsvoorkeuren.
De leerdoelen van lichamelijke opvoeding zijn onderverdeeld in motorische, sociale en emotionele leerdoelen, en cognitieve leerdoelen. De les LO wordt gegeven op verschillende manieren, waaronder het werken met rubrics, en beoordelingen op basis van deelname, progressie en prestaties.
Om leraar lichamelijke opvoeding te worden, is een opleiding nodig. Deze opleiding kan op verschillende manieren worden gevolgd, waaronder een duale opleiding, waarbij het werken en leren gecombineerd worden. De opleiding is gericht op het ontwikkelen van een volwaardige leraar LO die in staat is om kwalitatieve lessen lichamelijke opvoeding te verzorgen voor verschillende doelgroepen.
Lichamelijke opvoeding speelt een belangrijke rol bij het bevorderen van een gezond en actief leven. Het stimuleert de conditie van leerlingen, verbetert hun gezondheid en versterkt hun teamopbouw, samenwerking, sportiviteit en eerlijk spel.
Lichamelijke opvoeding is een onmisbaar onderdeel van het onderwijs in Nederland. Het helpt leerlingen om fysieke activiteiten te leren waarderen en te ontwikkelen. Het stimuleert een gezond en actief leven, en speelt een rol in het ontwikkelen van motorische, sociale en emotionele vaardigheden. De opleiding leraar lichamelijke opvoeding is gericht op het leren omgaan met leerlingen en het aanbieden van kwalitatieve lessen. Door lichamelijke opvoeding te combineren met gezondheid en beweging, kunnen leerlingen een blijvende deelname aan sportactiviteiten ontwikkelen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet