Ouderschap en het omgaan met een kind dat met stomheid is geslagen
juli 8, 2025
Lichamelijke opvoeding en beweging spelen een cruciale rol in het onderwijs, niet alleen voor de gezondheid van kinderen, maar ook voor hun leerprestaties en mentale welzijn. In dit artikel worden de kernprincipes, voordelen, en aanbevelingen voor het aanbieden van lichamelijke opvoeding en beweging in het onderwijs behandeld. De informatie is gebaseerd op gegevens uit bronnen zoals de opleidingen voor leraar lichamelijke opvoeding, wetenschappelijke onderzoeken, en beleidsdocumenten.
Lichamelijke activiteit is niet alleen van belang voor de lichamelijke gezondheid van kinderen, maar ook voor hun mentale en cognitieve ontwikkeling. Uit onderzoek blijkt dat fysiek actieve leerlingen beter presteren op taken waarin ze zich goed moeten concentreren, hoewel er geen directe relatie is gevonden tussen fysieke activiteit en schoolprestaties zoals het gemiddelde schoolcijfer. Toch is de positieve invloed van bewegen op aandachtstaken van groot belang, ook al wordt deze invloed beïnvloed door andere factoren, zoals het tijdsgebruik voor huiswerk.
Een opvallende uitkomst is dat meisjes die naar school lopen of fietsen, zich beter kunnen concentreren dan meisjes die met de auto of bus worden gebracht. Bij jongens is geen duidelijk verband gevonden. Dit kan te maken hebben met het feit dat meisjes gevoeliger zijn voor stressvolle factoren op school, zoals toetsen. De inspanning voor school kan zorgen voor ontspanning op school en zodoende een betere concentratie.
In het primair onderwijs is het doel van bewegingsonderwijs om kinderen beter te leren bewegen. Hierbij gaat het om de kwaliteit van bewegen en het realiseren van de kerndoelen voor bewegingsonderwijs en de daarbij behorende leerlijnen bewegingsonderwijs. In het voortgezet onderwijs wordt onderscheid gemaakt tussen vmbo en havo/vwo en tussen onderbouw en bovenbouw. Het voornaamste doel van LO is het bekwaam maken voor deelname aan de bewegingscultuur. Het uitgangspunt hierbij is met plezier (beter) leren bewegen voor een leven lang in beweging.
In de onderbouw van het vo staan deze kerndoelen centraal. Voor het praktijkonderwijs gelden voor zover mogelijk de kerndoelen van de onderbouw van het voortgezet onderwijs. In de bovenbouw van het vmbo, havo en vwo moeten leerlingen voldoen aan eindtermen. Naast het reguliere vak LO, dat voor alle leerlingen aangeboden wordt tot minimaal december van het examenjaar, kunnen leerlingen in de bovenbouw vmbo theoretische leerweg en gemengde leerweg kiezen voor het examenvak LO2. In de bovenbouw havo en vwo kunnen leerlingen kiezen voor het examenvak bewegen, sport en maatschappij (bsm). Naast het verder verdiepen in beter leren bewegen, ligt het accent op verdiepen in de regelende rollen zoals scheidsrechter, organisator, spelleider en lesgever en in de theorie over bewegen, gezondheid en samenleving.
Een leraar lichamelijke opvoeding speelt een belangrijke rol bij het stimuleren van beweging bij kinderen en jongeren. Ze helpen leerlingen (nog) beter bewegen, observeren, spoort aan en geven tips. Daarnaast plan je sportdagen en projecten met collega’s die een gezonde lifestyle promoten. Buiten het onderwijs kun je ook aan de slag als buurtsportcoach, die samen met sportinstanties naschools aanbod verzorgt.
De opleidingen voor leraar lichamelijke opvoeding, zoals de HALO (Hoger Algemene Leraars diploma) en ALO (Afbakening Lichamelijke Opvoeding), leren studenten hoe ze jonge mensen enthousiast kunnen maken voor hun sport- en bewegingsontwikkeling. De nadruk ligt op het goed leren lesgeven en coachen. Studenten leren ook hoe ze kinderen kunnen motiveren om te gaan sporten en bewegen, hoe ze een veilige omgeving kunnen creëren voor leerlingen, en hoe ze motorische vaardigheden kunnen begeleiden.
Er zijn verschillende opleidingen beschikbaar voor wie een carrière wil maken als leraar lichamelijke opvoeding. De HALO-opleiding is gericht op het leren van sporten en het motiveren van leerlingen. De ALO-opleiding aan de HAN richt zich op het lesgeven in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, speciaal onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs.
De Lerarenopleiding Lichamelijke Opvoeding (Calo) in Zwolle is een hbo-topopleiding. Studenten leren alles over bewegen én lesgeven. Ze volgen vakken zoals Motorisch Leren, Psychologie, Pedagogiek en Communicatie. Als docent Lichamelijke Opvoeding heb je ook medische en biologische kennis nodig. Daarom leren ze veel over Anatomie, Fysiologie en EHBSO. Natuurlijk zijn ze zelf ook volop sportief bezig, bijvoorbeeld tijdens de praktijkvakken Atletiek, Bewegen & Muziek, Spel en Zelfverdediging.
Beweging in het onderwijs heeft veel voordelen. Het bevordert de lichamelijke gezondheid, verbeterd de concentratie, en draagt bij aan het mentale welzijn van leerlingen. Bovendien helpt het bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden en het bevorderen van een gezonde levensstijl. In de opleidingen voor leraar lichamelijke opvoeding wordt geleerd hoe je deze voordelen kunt benutten en hoe je leerlingen kunt motiveren om actief te blijven.
Voor het aanbieden van lichamelijke opvoeding en beweging in het onderwijs zijn er verschillende aanbevelingen. De kerndoelen voor het primair en voortgezet onderwijs moeten worden gerealiseerd. In het mbo is er geen verplicht aantal wekelijkse sportlessen, maar het streven is dat alle studenten van de beroepsopleidende en beroepsbegeleidende leerweg per leerjaar minimaal 5% van het in de instelling verzorgde onderwijs (iivo) besteden aan bewegen en sport. Daarnaast is het belangrijk om innovatieve sportstimuleringsprogramma’s te ontwikkelen en sportverenigingen te ondersteunen.
Lichamelijke opvoeding en beweging zijn essentieel voor de gezondheid, leerprestaties, en mentale ontwikkeling van kinderen. De opleidingen voor leraar lichamelijke opvoeding helpen bij het aanbieden van een veilige en effectieve omgeving voor leerlingen. De kernprincipes van lichamelijke opvoeding zijn gericht op het bevorderen van bewegingsvaardigheden, het motiveren van leerlingen, en het realiseren van de kerndoelen voor bewegingsonderwijs. Door beweging in het onderwijs te stimuleren, draagt men bij aan een gezonde levensstijl en een betere leerprestatie.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet