Lichamelijke opvoeding: Oefeningen en strategieën voor een gezonde ontwikkeling van kinderen
juli 7, 2025
In de wereld van de opvoeding en pedagogiek speelt Martinus Jan Langeveld (1905–1989) een centrale rol. Zijn visie op opvoeding is gericht op het begrijpen van het kind en het bevorderen van een emancipatoir, op elkaar betrokken, pro-actief ontwikkelingsproces. Langeveld benadrukte het belang van het vertrouwen tussen opvoeder en kind, en hij stond bekend om zijn fenomenologische benadering van het kind. In dit artikel worden de kernprincipes van Langeveld’s pedagogiek uitgebreid besproken, gebaseerd op de gegevens uit de bronnen.
Martinus Jan Langeveld stond bekend als een pedagoog in de volle omvang. Hij benadrukte dat opvoeding een proces is dat gericht is op het ontwikkelen van het kind naar volwassenheid. Volgens Langeveld moet de opvoeder het kind begrijpen en helpen bij het ontwikkelen van zijn eigen levensopdracht. Dit proces is niet alleen gericht op kennis en vaardigheden, maar ook op het ontwikkelen van een persoonlijk bewustzijn en verantwoordelijkheid.
Langeveld benadrukte dat het kind niet alleen wordt beïnvloed door de volwassene, maar ook dat de volwassene zich moet inzetten om het kind te begrijpen. Hij noemde dit het ‘vertrouwen van de opvoeder in het kind en het vertrouwen van het kind in zijn opvoeder’. Dit vertrouwen vormt de basis van een emancipatoir, op elkaar betrokken, pro-actief ontwikkelingsproces. Hierbij is het belangrijk dat de opvoeder niet alleen een leermeester is, maar ook een persoon die het kind helpt zijn eigen keuzes te maken en te leren omgaan met de verantwoordelijkheden van het volwassen leven.
Langeveld had een sterke nadruk op de fenomenologische benadering van het kind. Hij stond bekend om het feit dat hij het kind zag als een wezen dat zijn eigen wereld ervaart. Dit betekent dat het kind niet alleen beïnvloed wordt door de omgeving, maar ook dat het zijn eigen interpretaties en gevoelens heeft. Hij benadruide dat het kind niet moet worden geïsoleerd of geclassificeerd, maar dat de opvoeder moet proberen de gedachten en het gedrag van het kind diep te begrijpen.
In zijn werk gebruikte Langeveld de term ‘Verstehen’, wat in de fenomenologie betekent ‘begrijpen’. Hij stelde dat het belangrijk is om het kind in zijn eigen wereld te begrijpen, in plaats van het kind te bepalen op basis van externe criteria. Dit betekent dat de opvoeder moet proberen de wereld van het kind te begrijpen, zodat hij of zij kan helpen bij het ontwikkelen van het kind naar volwassenheid.
Langeveld benadruide dat de leraar niet alleen een onderwijzer is, maar ook een voorganger in het proces van opvoeding en ontwikkeling. De leraar moet zichzelf als een volwassene zien, maar ook in staat zijn om de wereld van het kind te begrijpen. Hij stelde dat de leraar een burger is van twee werelden: de wereld van de volwassenen en de wereld van de kinderen. Hierdoor kan de leraar het kind helpen bij het ontwikkelen van zijn eigen identiteit en zelfstandigheid.
De school speelt volgens Langeveld een belangrijke rol in het proces van opvoeding. De school is niet alleen een plek waar het kind leert, maar ook een plek waar het kind zich ontwikkelt tot een volwassene. Hij benadruide dat de school een ruimte is waarin het kind zichzelf wordt, en dat de leraar een cruciale rol speelt bij dit proces. De school is dus niet alleen gericht op het geven van kennis, maar ook op het ontwikkelen van een persoonlijk bewustzijn en verantwoordelijkheid.
Hoewel Langeveld’s pedagogiek als revolutionair wordt beschouwd, zijn er ook uitdagingen geweest. Sommige critici hebben opgemerkt dat zijn theorie soms losstaat van de maatschappelijke realiteit. Er is terecht opgemerkt dat de culturele context van opvoeding en onderwijs, en de politieke implicaties, te weinig door hem zijn onderkend. Daarnaast is zijn werk te weinig empirisch onderbouwd, hoewel hij fenomenologische benaderingen gebruikte.
Langeveld had ook last van een complexe stijl van schrijven, wat voor beginnende studenten lastig kon zijn. Toch blijft zijn visie op opvoeding van groot belang voor de pedagogiek. Zijn ideeën over zelfverantwoordelijke zelfbepaling en het begrijpen van het kind zijn nog steeds van toepassing in de moderne opvoeding.
Hoewel Langeveld’s werk grotendeels naar de achtergrond is verdwenen, blijft zijn visie op opvoeding relevant. De kernvragen die hij stelde over wat een kind is, wat het moet leren om ‘mens’ te worden, en hoe de mens zich verhoudt tot religie, zijn nog steeds van toepassing. Zijn visie op emancipatie en zelfstandigheid is nog steeds een belangrijk onderdeel van de moderne pedagogiek.
In de huidige tijd wordt er steeds meer aandacht besteed aan de vraag hoe je kinderen kunt opvoeden tot verantwoordelijke burgers. Langeveld’s visie op opvoeding is hierbij een belangrijk uitgangspunt. Zijn werk is een blijk van de complexiteit van het opvoedingsproces en de rol van de opvoeder in dit proces.
De pedagogiek van Martinus Jan Langeveld is gericht op het begrijpen van het kind en het bevorderen van een emancipatoir, op elkaar betrokken, pro-actief ontwikkelingsproces. Hij benadruide het belang van het vertrouwen tussen opvoeder en kind, en stond bekend om zijn fenomenologische benadering van het kind. Zijn visie op opvoeding is nog steeds van toepassing in de moderne pedagogiek, en zijn kernvragen over wat een kind is en hoe het zich ontwikkelt, blijven relevant.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet