Engels opvoeden: Tips, voordelen en uitdagingen
juli 7, 2025
De seksuele ontwikkeling van jongeren is een belangrijk onderdeel van hun psychosociale en lichamelijke groei. In de leeftijd van 12 tot 23 jaar ontwikkelen jongeren zich op verschillende niveaus, waaronder emotioneel, sociaal en lichamelijk. Deze periode is gekenmerkt door veranderingen in de lichaamssamenstelling, het ontwikkelen van seksuele identiteit, en het leren omgaan met relaties en seksuele grenzen. De seksuele opvoeding speelt hierbij een cruciale rol. Het is belangrijk dat ouders, verzorgers en onderwijsprofessionals hierover op de hoogte zijn en weten hoe ze jongeren kunnen begeleiden.
Seksuele opvoeding is een brede term die zowel betrekking heeft op het leren van seksuele kennis als het ontwikkelen van vaardigheden om met seksualiteit om te gaan. Het gaat hierbij niet alleen om informatie over seks, maar ook om het leren van weerbaarheid, het opbouwen van vertrouwen in relaties, en het leren omgaan met seksuele wensen en grenzen. De seksuele opvoeding helpt jongeren om te leren dat hun lichaam van hen is, dat zij hun eigen keuzes mogen maken, en dat ze altijd hun grenzen mogen stellen. Dit helpt hen om gezonde, veilige en bewuste keuzes te maken.
In de praktijk betekent dit dat ouders en verzorgers open en eerlijk moeten communiceren over seksualiteit. Het is belangrijk dat ouders hun kinderen laten weten dat ze altijd bij hen terechtkunnen als er iets is. Door open te praten over seksualiteit, kunnen ouders hun kinderen helpen om hun eigen gedrag en gevoelens beter te begrijpen.
Tussen de leeftijd van 12 en 15 jaar ontwikkelen jongeren zich op verschillende gebieden. Ze raken steeds meer los van hun ouders, terwijl de mening van de vriendengroep belangrijker wordt. De interesse in seks neemt toe, en jongeren fantaseren, ervaren vaker gevoelens van seksuele opwinding en veel jongeren masturberen. Dat laatste geldt vooral voor jongens. Ze zoeken vaker seksueel getint beeldmateriaal op, vooral op internet. Veel jongeren van deze leeftijd zijn weleens verliefd geweest. Een deel van hen heeft ook verkering (gehad). Binnen deze relaties beperkt seksueel gedrag zich nog vooral tot zoenen en eventueel voelen en strelen. Maar er zijn ook jongeren die al op jonge leeftijd ervaring hebben met geslachtsgemeenschap.
Lichamelijke ontwikkeling is een belangrijk onderdeel van de puberteit. Het lichaam verandert enorm in de puberteit. Jongens en meisjes krijgen schaamhaar en okselhaar, jongens ook borst- en/of gezichtshaar. Borsten, schaamlippen, clitoris, ballen en penis groeien. Bij jongens vindt de eerste zaadlozing plaats, door masturbatie of tijdens de slaap. Meisjes worden gemiddeld met 13,1 jaar voor het eerst ongesteld. Meisjes zijn in deze fase ontevredener over hun lichaam dan jongens. Als jongeren ontevreden zijn over hun lichaam, heeft dat vaak niet veel te maken met te dik of te dun zijn. Jongeren kunnen zich ook zorgen maken over de vorm of het uiterlijk van hun geslachtsdelen. Bijvoorbeeld of de penis groot genoeg is en of de schaamlippen niet te groot of te klein zijn.
Tussen de leeftijd van 15 en 18 jaar ontwikkelen jongeren zich verder op het gebied van seksualiteit. De meeste jongeren zijn in deze fase al vertrouwd met seksuele gedragingen, maar ze leren ook omgaan met de gevolgen van seksuele activiteiten. De seksuele oriëntatie van jongeren verandert in deze periode vaak. De meeste jongeren weten of zij hetero-, homo- of biseksueel zijn. Een deel van de homo- en biseksuele jongeren heeft de coming-out na het 19e jaar. Coming-out speelt daarnaast levenslang een rol. In elke nieuwe context moeten zij opnieuw afwegen of ze wel of niet open willen en kunnen zijn over de seksuele oriëntatie. Veel homoseksuele jongeren krijgen op school en op hun werk te maken met vervelende opmerkingen en grapjes over hun seksuele oriëntatie.
In deze periode leren jongeren ook omgaan met seksuele grenzen. Ze leren dat ze altijd nee mogen zeggen als ze geen zin hebben in zoenen of vrijen, ook als ze net nog ja hebben gezegd. En dat ze altijd de grenzen van anderen moeten accepteren. Ze leren ook dat ze alleen geslachtsgemeenschap mogen hebben met een condoom en liefst ook met de pil, omdat ze anders een soa kunnen krijgen of zwanger kunnen raken. Het is belangrijk dat ouders en verzorgers jongeren helpen om dit te begrijpen en te leren omgaan met de gevolgen van seks.
Tussen de leeftijd van 18 en 23 jaar ontwikkelen jongeren zich verder op het gebied van seksualiteit. Ze leren omgaan met de gevolgen van seksuele activiteiten, zoals ongeplande zwangerschappen, seksueel overdraagbare aandoeningen en emotionele gevolgen. De meeste jongeren in deze leeftijdsgroep zijn al vertrouwd met seksuele gedragingen, maar ze leren ook omgaan met de gevolgen van seksuele activiteiten. De seksuele oriëntatie van jongeren verandert in deze periode vaak. De meeste jongeren weten of zij hetero-, homo- of biseksueel zijn. Een deel van de homo- en biseksuele jongeren heeft de coming-out na het 19e jaar. Coming-out speelt daarnaast levenslang een rol. In elke nieuwe context moeten zij opnieuw afwegen of ze wel of niet open willen en kunnen zijn over de seksuele oriëntatie. Veel homoseksuele jongeren krijgen op school en op hun werk te maken met vervelende opmerkingen en grapjes over hun seksuele oriëntatie.
In deze periode leren jongeren ook omgaan met seksuele grenzen. Ze leren dat ze altijd nee mogen zeggen als ze geen zin hebben in zoenen of vrijen, ook als ze net nog ja hebben gezegd. En dat ze altijd de grenzen van anderen moeten accepteren. Ze leren ook dat ze alleen geslachtsgemeenschap mogen hebben met een condoom en liefst ook met de pil, omdat ze anders een soa kunnen krijgen of zwanger kunnen raken. Het is belangrijk dat ouders en verzorgers jongeren helpen om dit te begrijpen en te leren omgaan met de gevolgen van seks.
Het is belangrijk dat ouders, verzorgers en onderwijsprofessionals jongeren helpen bij de seksuele ontwikkeling. Ze moeten jongeren helpen om te leren omgaan met seksuele wensen en grenzen. Ze moeten ook jongeren helpen om te leren omgaan met de gevolgen van seksuele activiteiten, zoals ongeplande zwangerschappen, seksueel overdraagbare aandoeningen en emotionele gevolgen. Daarnaast is het belangrijk dat ouders en verzorgers jongeren helpen om te leren omgaan met de gevolgen van seksuele activiteiten, zoals ongeplande zwangerschappen, seksueel overdraagbare aandoeningen en emotionele gevolgen.
Een goede seksuele opvoeding is van belang om ervoor te zorgen dat je kind: - beter voor zichzelf kan opkomen in relaties; - beter weet wanneer het aan verkering en seks toe is; - wensen en grenzen van anderen kan respecteren - weet waarom veilig vrijen belangrijk is; - meer zelfvertrouwen krijgt.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet