Hulp bij de opvoeding van een hoogbegaafd kind
juli 6, 2025
De ideologieën van Adolf Hitler en het nationaalsocialisme vormden een fundamenteel onderdeel van de opvoeding en het onderwijs in Duitsland tijdens de jaren 1933 tot 1945. De nazi’s zetten een uitgebreid programma op poten om de jeugd te indoctrineren en te vormen tot trouwe volgelingen van hun ideeën. Dit gebeurde op verschillende niveaus: van de kleutergroep tot aan de hogere school. De opvoeding werd hierbij gebruikt als middel om de jeugd te beïnvloeden, te beheersen en uiteindelijk te transformeren tot een krachtige, militaire en ideologisch georiënteerde bevolkingsgroep.
Het onderwijs speelde een cruciale rol in de indoctrinatie van de jeugd. Tijdens de jaren van de nazi-positie werd het regelmatig gebruikt om de kinderen te leren dat ze Hitler moesten gehoorzamen. Al vanaf de kleutertijd werden de kinderen geconfronteerd met de ideologieën van het naziregime. Zo leerden de kleintjes de Hitlergroet oefenen en werden ze ingeprent dat jongens voorbestemd waren om soldaten te worden, terwijl meisjes werden opgeleid tot goede moeders. Deze opvattingen werden in de lesgevallen opgenomen, waardoor de kinderen al vanaf hun vroege jeugd werden geïnstraleerd.
In de geschiedenis, aardrijkskunde, leesonderwijs en zelfs gymnastiek werden deze vakken ingezet om de jeugd te beïnvloeden. De nadruk lag op het verheerlijken van de Duitse cultuur en het verdedigen van de nationaalsocialistische waarden. Sprookjes, die ooit een onschuldig onderdeel van de jeugd vormden, werden in de loop van de jaren omgevormd tot middelen van ideologische vorming. Zo werden sprookjes als ‘Doornroosje’ gebruikt om de jeugd te leren dat het land wakker moest worden uit een droom, wat een symbolische verwijzing was naar het nazi-idee dat Duitsland wakker moest worden uit de nederlaag van de Eerste Wereldoorlog.
De nazi’s gebruikten het onderwijs om de jeugd te indoctrineren via specifieke vakken en methoden. Zo werden er nieuwe vakken geïntroduceerd, zoals ‘rassenkunde en erfelijkheidsleer’, die gericht waren op het zuiveren van het Duitse ras. In deze vakken leerden de leerlingen dat bepaalde groepen, zoals joden, Roma, homoseksuelen en mensen met beperkingen, ongewenst waren. Dit leidde tot de uitvoering van het ‘euthanasie’-programma, waarbij tienduizenden mensen werden vermoord.
De nazi’s zetten ook actief in om de jeugd te beïnvloeden via het gebruik van schoolmateriaal. Zo werden sprookjes en kinderboeken aangepast zodat ze de nationaalsocialistische waarden verheerlijkten. In deze boeken werden oorlog en geweld verheerlijkt, en werden de kinderen aangemoedigd om deel te nemen aan militaire oefeningen. Gymnastiek stond in het teken van oorlogvoeren, en de kinderen werden aangemoedigd om kracht en discipline te ontwikkelen.
De indoctrinatie van jongens en meisjes verliep op verschillende manieren. Volgens de nazi-ideologie werden jongens en meisjes als compleet verschillende wezens beschouwd. In Hitlers boek Mein Kampf werd veel meer aandacht besteed aan de opvoeding van jongens dan aan die van de meisjes. Voor de vrouw waren in Hitlers Duitsland geen hoge functies weggelegd. Het grootste deel van hun schooltijd kregen jongens en meisjes gescheiden van elkaar les. Bij jongens lag de nadruk sterk op sport en lichamelijke oefening. Hitler vond bijvoorbeeld dat elke jongen moest leren boksen, want in de periode tussen de wereldoorlog waren te veel zwakkelingen opgegroeid.
Meisjes volgden op school speciale lessen over het moederschap en het huishouden en werden niet aangemoedigd om te gaan studeren, hoewel sommigen dat wel deden, bijvoorbeeld om arts of lerares te kunnen worden. Ook binnen de Hitlerjugend hielden de meisjes zich bezig met activiteiten die hen moesten voorbereiden op hun rol als moeder en huisvrouw, bijvoorbeeld door gezamenlijk te handwerken of te helpen in het huishouden van kinderrijke gezinnen op het platteland.
De Hitlerjugend speelde een cruciale rol in de indoctrinatie van de jeugd. Kinderen van vrijwel alle leeftijden waren lid van de jeugdorganisaties van de nazistaat. De organisatie was onderverdeeld in plaatselijke afdelingen, die minstens een keer per week bijeenkwamen, en vaak ook op zondag. De plaatsen waar de jongens elkaar troffen werden Heim genoemd en waren vaak oude fabrieken, schuren of kelders onder een woning.
In deze Heim werden de jongeren ingelijfd in de nazi-ideologie. Ze kregen onderricht over ideologische zaken als rassenleer, de geschiedenis van de nazipartij en de rol van de vrouw in de samenleving. Daarna werden er liederen uit het gezangboek ten gehore gebracht, die meestal over Duitsland en de eer om in de strijd te sneuvelen gingen. De jeugd werd opgeleid om later soldaten te worden, zowel mentaal als fysiek.
De nazi-ideologie had een diepe invloed op de jeugd. Kinderen werden vanaf jonge leeftijd voorbereid om soldaat te worden, zowel mentaal als fysiek, en velen van hen vochten uiteindelijk aan het front of in de Volkssturm. De jeugd werd opgeleid om het Duitse volk te verdedigen, en werd aangemoedigd om hun land te beschermen tegen vijanden van binnen en buiten.
Deze indoctrinatie leidde ertoe dat de jeugd werd opgeleid om de nazi-ideologie te accepteren en te verdedigen. Zo leerden de kinderen dat het Duitse volk het sterkste en superieure ras was, en dat anderen, zoals joden, minderwaardig waren. Deze overtuigingen werden in de jeugd ingeprent en bleven vaak levenslang bestaan.
Hoewel de nazi’s het onderwijs beheersten, was het niet elke leraar die precies deed wat volgens de nazirichtlijnen van hem of haar werd verwacht. Sommige leraren zwakten de propaganda af en negeerden bepaalde lesstof. Een docent zou zelfs hebben voorgelezen uit een boek van nazitegenstander Thomas Mann. Het is mijn indruk echter dat de meeste leraren zich aanpasten: ze waren misschien geen fanatiek nazi’s, maar kozen ervoor om met de stroom mee te gaan.
De door de nazi’s gewenste aanpassingen werden niet overal en door iedereen enthousiast doorgevoerd, maar van serieus verzet hiertegen was binnen het onderwijs nauwelijks of geen sprake. Ook op de Duitse universiteiten drukten de nazi’s een groot stempel, waardoor het wetenschappelijke niveau zelfs toen al als ondermaats werd beoordeeld. Het anti-intellectualisme van de nazi’s stond haaks op wetenschappelijke vrijheid en nieuwsgierigheid.
De nazi-ideologie had een diepe invloed op de jeugd in Duitsland. Het onderwijs werd gebruikt als middel om de jeugd te beïnvloeden, te beheersen en uiteindelijk te transformeren tot een krachtige, militaire en ideologisch georiënteerde bevolkingsgroep. De Hitlerjugend speelde een cruciale rol in de indoctrinatie van de jeugd, en de kinderen werden vanaf jonge leeftijd voorbereid om soldaat te worden. De ideologieën van het naziregime werden op verschillende niveaus ingeprent, waardoor de jeugd werd opgeleid om het Duitse volk te beschermen en te verdedigen. Deze indoctrinatie had een blijvende invloed op de jeugd, en leidde ertoe dat de nazi-ideologie langdurig bleef bestaan.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet