Kinderopvang: Financiering en Vergoedingen voor Ouders
september 7, 2025
Getraumatiseerde kinderen opvoeden is een uitdaging die zowel emotioneel als praktisch veel vereist. De gevolgen van trauma’s kunnen zowel in het gedrag als in de ontwikkeling van het kind tot uitdagingen leiden. In de praktijk van opvoeden is het belangrijk om te weten hoe je met deze kinderen om moet gaan, zodat ze zich veilig en ondersteund voelen. De informatie uit de bronnen laat zien dat een traumasensitieve aanpak cruciaal is voor het versterken van het gevoel van veiligheid en het begrijpen van het gedrag van het kind.
Een trauma wordt vaak gedefinieerd als een gebeurtenis die zo overweldigend is dat het kind zich onveilig voelt. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij huiselijk geweld, verwaarlozing, of een ernstig ongeval. Bij kleine kinderen kan dit leiden tot angstig gedrag, veel huilen, snel boos worden, slecht slapen en ontwikkelingsachterstand. Bij schoolgaande kinderen zien we een vermindering van concentratievermogen, angstig en teruggetrokken gedrag. Bij pubers kunnen ook somberheid, agressie en het gebruik van verdovende middelen tot uiting komen. Lichamelijke klachten zoals buikpijn en hoofdpijn komen bij alle leeftijden vaak voor.
De essentie van trauma-sensitief werken ligt in het begrijpen van de oorsprong van het gedrag van het kind. Het gaat om wie het kind is, waar het vandaan komt en wat het heeft meegemaakt. Ook de interactie binnen de omgeving speelt hierin een rol. Vanuit dat perspectief wordt geprobeerd te helpen om het kind sterker in de maatschappij te laten komen.
Traumasensitief opvoeden is geen enkelvoudige aanpak, maar een manier van omgaan met kinderen die trauma’s hebben meegemaakt. De kern van deze aanpak is het begrijpen van het gedrag van het kind door te kijken naar de oorzaken ervan. Dit vereist dat ouders en opvoeders zich bewust zijn van hun eigen trauma’s en hoe deze invloed kunnen hebben op hun omgang met hun kind.
Een van de belangrijkste aspecten van traumasensitief opvoeden is het vermijden van het doorgeven van onverwerkte trauma’s. Ouders die hun eigen trauma’s niet hebben verwerkt, kunnen dit vaak onbewust doorgeven aan hun kind. Dit kan leiden tot problemen zoals een groter risico op negatieve invloed op de kinderen. Het is daarom belangrijk dat ouders hun eigen verhaal begrijpen en verwerken, zodat ze hun kinderen beter kunnen ondersteunen.
De training “Zorgen voor getraumatiseerde kinderen” is bedoeld voor opvoeders en begeleiders van kinderen die mogelijk getraumatiseerd zijn. Deze training helpt opvoeders en begeleiders om de impact van traumatisering op het dagelijks functioneren van hun kind te begrijpen. De doelen van de training zijn het vergroten van de traumasensitiviteit van opvoeders en het voorkomen van een voortijdige beëindiging van een plaatsing.
De training bestaat uit acht wekelijkse sessies van twee uur. In deze sessies leren de deelnemers technieken en vaardigheden om het gedrag en disfunctionele opvattingen van het kind te veranderen. Daarnaast leren ze manieren om de opvoedingsstress te verminderen. De training wordt gegeven door twee hiertoe opgeleide trainers, waaronder een gedragswetenschapper met ervaring in de begeleiding van kinderen met chronisch trauma en hun gezinnen.
Deze training is als “goed onderbouwde interventie” opgenomen in de databank van het Nederlands Jeugd Instituut. De training is gebaseerd op recente wetenschappelijke inzichten en is overzichtelijk en concreet verwerkt in presentaties, casusbeschrijvingen en oefeningen. Er is volop aandacht voor het toepassen van kennis en ervaringen in de dagelijkse praktijk.
Getraumatiseerde kinderen kunnen zich gedragen op een manier die de opvoeder uit balans brengt. De relatie met de opvoeder, met andere volwassenen en zelfs met leeftijdsgenoten kan instabiel of onvoorspelbaar zijn. De gebruikelijke opvoedingsmethoden werken bij hen mogelijk niet. Daarom is het belangrijk dat opvoeders leren om met een traumabrug te kijken naar het gedrag van hun kind.
Een van de belangrijkste dingen die ouders kunnen doen, is het uitleggen van wat er gebeurt. Kinderen die getraumatiseerd zijn, vertonen allerlei gedrag waarvan ze zelf ook niet begrijpen waarom ze het vertonen. Ze worden bang of boos uit het niets, zo lijkt het. De relatie tussen hun gedachten, gevoel en gedrag moet je proberen uit te leggen. Bijvoorbeeld: “Ik zag dat je schrok en toen werd je boos op je broertje. Dat snap ik heel goed, maar we slaan elkaar niet. We praten over problemen.”
Een belangrijk aspect van het werk met getraumatiseerde kinderen is het inzetten van het eigen netwerk. Dit kan variëren van de directe familie tot de bredere school- en sociale omgeving. Er wordt gekeken naar een samenhangende aanpak waarin iedereen betrokken is. Daarbij maakt het natuurlijk uit in welke setting het kind ondersteund wordt. Is er sprake van een woongroep waarin 24/7 zorg verleend wordt, waarbij ook trauma-triggers op de loer liggen, of is het een ambulant zorgtraject, waarbij de jeugd-hulpverlener 1 a 2 x per week langskomt?
De rol van het eigen netwerk is om het kind te versterken. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door samenwerking met de jeugd-GGZ, (speciaal) onderwijs en de leerkrachten, zodat kinderen de juiste hulp krijgen. De samenwerking met deze partijen is essentieel voor het opvangen van getraumatiseerde kinderen.
Als ouder is het belangrijk om te weten hoe je met een kind omgaat dat last heeft van trauma. Hier zijn enkele tips:
Kalm blijven, ook als het tegen zit. De kalmte is nodig, omdat kinderen (eigenlijk net als alle mensen) aanvoelen of jij kalm bent. Alleen iemand die zelf kalm is, kan zorgen voor minder stress bij deze kinderen. De stress die zij ervaren moet omlaag. Een kalme ouder (ook als het gedrag niet is wat jij wil) is belangrijk.
Duidelijk zijn. De duidelijkheid is nodig, omdat voor een getraumatiseerd brein alles wat niet duidelijk is, meteen onveilig is. Je moet dus zorgen voor duidelijke regels, maar ook voor een duidelijke uitleg als een kind een karweitje moet doen of iets niet mag. Een zichtbare dagplanning helpt mee aan het veiligheidsgevoel.
Vriendelijk zijn. Een getraumatiseerd kind heeft de steun nodig van een vriendelijke, maar besliste ouder. Zoals gezegd, grenzen geven veiligheid. Als jij vriendelijkheid uitstraalt, komt het sociale betrokkenheidssysteem op gang. Het kind durft zich ‘te verbinden’ met jou.
Laat je kind bewegen. Het helpt getraumatiseerde kinderen heel erg als ze kunnen bewegen. Lekker naar buiten is goed om te ontladen. Ook sport en yoga kunnen goede diensten bewijzen. Sommige ouders hebben een mini trampoline in huis staan, waar kinderen even op kunnen springen.
Traumasensitief opvoeden is een cruciale aanpak om getraumatiseerde kinderen te ondersteunen en te helpen bij hun ontwikkeling. Het vereist dat opvoeders zich bewust zijn van hun eigen trauma’s en hoe deze invloed kunnen hebben op hun omgang met hun kind. De training “Zorgen voor getraumatiseerde kinderen” helpt opvoeders en begeleiders om de impact van traumatisering op het dagelijks functioneren van hun kind te begrijpen. De opleiding is gebaseerd op recente wetenschappelijke inzichten en is overzichtelijk en concreet verwerkt in presentaties, casusbeschrijvingen en oefeningen.
Het is belangrijk dat ouders hun eigen verhaal begrijpen en verwerken, zodat ze hun kinderen beter kunnen ondersteunen. De samenwerking met andere partijen zoals de jeugd-GGZ, (speciaal) onderwijs en de leerkrachten is essentieel voor het opvangen van getraumatiseerde kinderen. Door kalm te blijven, duidelijk te zijn, vriendelijk te zijn en het kind te laten bewegen, kunnen ouders hun kinderen helpen om veiliger en stabielere omstandigheden te krijgen.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet