Gevolgen van inconsequente opvoeding voor kinderen
juli 6, 2025
Lichamelijke opvoeding (LO) is een essentieel onderdeel van het onderwijs in Nederland en België, met als doel om kinderen en jongeren te laten leren bewegen, te leren samenwerken, en een actieve levensstijl aan te meten. In het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs wordt het vak op verschillende niveaus aangeboden, met als doel het stimuleren van fysieke ontwikkeling, gezondheid en sociaal gedrag. De inhoud van het vak is onderverdeeld in verschillende domeinen, die specifieke leerdoelen en vaardigheden omvatten. In dit artikel worden de belangrijkste domeinen van lichamelijke opvoeding uitgebreid besproken, gebaseerd op de beschikbare bronnen.
Lichamelijke opvoeding is een verplicht onderdeel in het voortgezet onderwijs en wordt vaak aangeduid als gym, gymnastiek of sport. Het vak wordt gegeven op basis van een gestructureerd programma, dat is opgebouwd uit meerdere domeinen. Deze domeinen vormen de kern van het lichamelijke onderwijs en worden vaak aangeduid als eindtermen of kerndoelen. De inhoud van deze domeinen is bepaald door de overheid en de onderwijsinstellingen, en is gericht op het stimuleren van fysieke, mentale en sociale ontwikkeling bij leerlingen.
Dit domein richt zich op de vaardigheden die leerlingen moeten ontwikkelen om actief deel te nemen aan bewegingssituaties. Hierbij gaat het om het vermogen om zelfstandig, kritisch en verantwoord te bewegen. De leerling moet in staat zijn om zich in te zetten voor beweging, zowel als deelneemende persoon als als leidinggevende rol. Deze vaardigheden omvatten onder andere het vermogen om te sporten, te spelen, te dansen, en te werken in teams. Het is belangrijk dat leerlingen leren om te reflecteren op hun eigen bewegingsgedrag en dit te kunnen afstemmen op hun eigen mogelijkheden en wensen.
Dit domein betreft het lichamelijk bewegen en het leren omgaan met verschillende sporten. Leerlingen leren verschillende sporten te beoefenen, zoals atletiek, basketbal, voetbal, handbal, en judo. Daarnaast wordt ook gewerkt aan het leren van bewegingen op muziek, zoals dans, en aan het leren van zelfverdediging, zoals in judo. Het doel is dat leerlingen leren om in te gaan op hun lichaam, en het leren omgaan met verschillende vormen van beweging. Dit helpt bij het ontwikkelen van een bredere bewegingservaring en een beter bewustzijn van het eigen lichaam.
Bij dit domein gaat het om het regelen van bewegingssituaties. Leerlingen leren hoe ze bewegingssituaties kunnen organiseren, leiden en beheren. Hierbij staat het vermogen om te werken in teams, om te communiceren en om verantwoordelijkheid te nemen voor de organisatie van sportactiviteiten. Dit omvat het leren omgaan met spelregels, het organiseren van toernooien, en het leren omgaan met leidinggevende rollen, zoals scheidsrechter, coach of spelleider. Dit helpt bij het ontwikkelen van leiderschap en verantwoordelijkheidsgevoel.
In dit domein leren leerlingen om te reflecteren op de invloed van bewegen op hun gezondheid. Het gaat hierbij om het begrijpen van de voordelen van fysieke inspanning voor het lichaam, en het leren omgaan met de risico’s van gebrek aan beweging. Leerlingen leren hoe ze hun eigen gezondheid kunnen bepalen en hoe ze hun levensstijl kunnen aanpassen om gezond te blijven. Ook wordt het leren van blessurepreventie onderwezen, zodat leerlingen leren om te voorkomen dat ze zichzelf of anderen verwonden bij het sporten.
Dit domein richt zich op de rol van sport en beweging in de maatschappij. Leerlingen leren hoe sport en beweging bijdragen aan de samenleving, en hoe ze hierin kunnen participeren. Het gaat hierbij om het begrijpen van de sociale aspecten van sport, zoals teamgeest, eerlijkheid en respect. Ook wordt het leren van de invloed van sport op de maatschappelijke ontwikkeling onderwezen, zoals het bevorderen van sociale integratie en het aanbieden van kans op een gezonde levensstijl. Deze vaardigheden helpen leerlingen om zich bewust te worden van hun rol in de maatschappij en om actief deel te nemen aan sportactiviteiten.
Naast de vijf hoofddomeinen worden er ook keuzes gemaakt binnen het programma. Dit kan zijn in de vorm van verdieping en verbreding, zoals bij LO2 of BSM. In LO2 wordt er meer aandacht besteed aan verdieping, waarbij onderdelen die ook in LO worden aangeboden, verder worden verdiept. Bij BSM wordt er juist meer aandacht besteed aan verbreding, waarbij nieuwe en andere onderdelen worden aangeboden, zoals flagfootball, cricket of judo met judopakken. Deze keuzes geven leerlingen de kans om zich te verdiepen in bepaalde sporten of om nieuwe activiteiten te ontdekken.
Een van de belangrijkste doelen van lichamelijke opvoeding is het ontwikkelen van teamgeest en samenwerking. Door aan te tonen hoe leerlingen samenwerken in teams, leren ze hoe ze met elkaar kunnen communiceren, hoe ze elkaar kunnen ondersteunen en hoe ze hun eigen rol in een team kunnen vervullen. Dit helpt bij het leren van sociaal gedrag, en het ontwikkelen van vertrouwen in elkaar. Het is belangrijk dat leerlingen leren om te luisteren, te communiceren en te werken aan gemeenschappelijke doelen, zodat ze later in het leven kunnen samenwerken in allerlei situaties.
Lichamelijke opvoeding speelt een cruciale rol in het lichaamsbewustzijn, de gezondheid en de sociale ontwikkeling van kinderen. Het helpt bij het leren omgaan met lichaam en beweging, en het ontwikkelen van een actieve levensstijl. Daarnaast is het een belangrijk onderdeel van het onderwijs, omdat het helpt bij het leren van sociaal gedrag, leiderschap en verantwoordelijkheid. Het is belangrijk dat ouders en onderwijskrachten hier aandacht aan besteden, zodat kinderen kunnen leren om in te te stappen op het gebied van sport en beweging.
Lichamelijke opvoeding is een essentieel onderdeel van het onderwijs in Nederland en België, gericht op het stimuleren van fysieke, mentale en sociale ontwikkeling bij leerlingen. De inhoud van het vak is onderverdeeld in meerdere domeinen, waaronder vaardigheden, bewegen, bewegen regelen, bewegen en gezondheid, en bewegen en samenleving. Deze domeinen vormen de kern van het lichamelijke onderwijs en worden vaak aangeduid als eindtermen of kerndoelen. Door deze domeinen goed te leren begrijpen, kunnen leerlingen leren om actief deel te nemen aan bewegingssituaties, en een gezonde levensstijl aan te meten. Het is daarom belangrijk dat ouders en onderwijskrachten hier aandacht aan besteden, zodat kinderen kunnen leren om in te stappen op het gebied van sport en beweging.
Wie niet van een kind geniet, ziet het allermooiste niet